Chris Woerts zou zijn eigen moeder nog verkopen
Chris Woerts staat gelijk aan de commercialisering van de voetballerij. Voor de meeste supporters die graag op normale tijden hun club komen aanmoedigen betekent het slecht nieuws. Het betekent heel vroeg opstaan om die half één wedstrijd te kunnen meemaken, of vrij vragen op een maandag zodat je ’s avonds ook buiten het eigen stadion er kunt zijn voor je club. De afgelopen pak ‘em beet twintig jaar heeft een voortdurende verslechtering van de positie van de supporter betekent. De introductie van betaalzenders, het laten prevaleren van commerciële belangen en de omvorming van voetbalclubs en –spelers tot ‘merken’ heeft het ene heilige huisje van de fans na het andere laten omvallen.
Maar voor sommige voetbalbestuurders gaat dit nog niet ver genoeg. Bijvoorbeeld Chris Woerts, voormalig directeur bij o.a. Feyenoord, Sunderland, Coca-Cola en Heineken. In het nieuwste nummer van de Voetbal International vindt hij dat we hier in Nederland nóg commerciëler mogen denken. In het pagina’s lange interview doet hij enkele uitspraken waar de rechtgeaarde voetbalfan kriebels van krijgt:
“Een ander punt is dat die Engelsen op een andere manier naar voetbal kijken dan wij in Nederland. Ze hebben de uitzendtijdstippen aangepast aan de wensen van de kijker, ze voetballen langer, en op momenten dat vrijwel niemand in Europa speelt: met Kerst en Oud en Nieuw. Kortom, ze luisteren naar wat de consument wil, terwijl we in Nederland luisteren naar de wensen van de trainers.”
“De clubs daar komen een paar keer per jaar bij elkaar voor een aandeelhoudersvergadering van de Premier League. Ik ben er ook geweest. Het ging soms hard tegen hard, maar de insteek was wel altijd: Hoe kunnen de clubs elkaar helpen? Hoe gaan we samen zo veel mogelijk geld verdienen? Moeten we daarvoor op maandagavond voetballen? Doen we dat. Of zaterdag half één? Doen we dat. Alles wordt ingedeeld zodat iedereen alles kan zien, ook in Azië. Totaal andere benadering van de markt. In Nederland kijken we naar wat het beste is voor een speler. Wát een onzin!”
“Ik denk dat ik als een van de weinige Nederlanders nog met Sepp Blatter heb onderhandeld en nauw samengewerkt in mijn tijd bij Coca-Cola, altijd zeer correct.”
“Jaren geleden vroeg ik me al af waarom we het duel om de Nederlandse Super Cup niet in een ander land speelden of Ajax-Feyenoord vriendschappelijk niet in Egypte. Nu spelen de internationale topclubs in de voorbereiding in Azië en de Verenigde Staten een mini-competitie tegen elkaar. Mijn kop ging eraf, maar Juventus en Lazio werkten onlangs hun finale af in China.”
Voor Chris Woerts is voetbal niet een sport waar miljoenen mensen emotioneel aan verbonden zijn, maar een markt. En markten moet je veroveren door in te spelen op de wensen van de consument. Voor Woerts zit deze consument overigens uitsluitend voor de televisie. De consument in de stadion komt heeft geen plek meer bij hem. Dat de meesten van hen geen tijd hebben om op maandagavond naar het stadion te gaan of dat zij geen geld hebben voor een vliegticket naar Timboektoe voor de Johan Cruijff Schaal, komt niet bij deze Blattervriend op.
Laten we duidelijk zijn: de voetbalwereld is geen verzameling supermarkten, telecomaanbieders of verzekeringen. Nee, het is voetbal. Een sport waar mensen emotioneel aan verbonden zitten. Mensen die al generaties lang naar het stadion gaan om hun club te ondersteunen. Als het aan mensen zoals Woerts zou liggen, dan zouden juist die mensen, die mensen die het hart van het voetbal vormen, het moeten afleggen tegen de consument in Egypte of China. Dat is natuurlijk de omgekeerde wereld. Als deze consument zo graag ‘zijn’ Ajax wil aanmoedigen, dan komt hij maar gewoon om vijf uur ’s ochtends uit zijn bed. Een club steunen, daar moet je wat voor over hebben.
[foto Pro Shots / Stanley Gontha]