Muziek en voetbal: zes keer Duitsland
Muziek en voetbal zijn onlosmakelijk verbonden. Liverpool zonder You’ll Never Walk Alone, Feyenoord zonder Hand in hand, kameraden of Barcelona zonder Cant del Barça is toch moeilijk voorstelbaar. Een ultragroep zonder liederen kan niet. En vind nog maar eens een club waar geen goaltune door de speakers knalt. Ze zijn er, maar niet veel meer. Zeker het clublied is de ultieme vereenzelviging tussen fans en club. Resultaten kunnen wisselen, liga’s veranderen en stadions afgebroken worden, maar het lied gaat mee. Ook naar huis, ook naar de playlist.
Achter veel liederen en muziek zit een bijzonder verhaal. Soms slaat een hit over naar het stadion (Liverpool), of krijg je feitelijk een afgekeurd liedje van de aartsrivaal (Feyenoord). De goaltunes zijn weer een aparte categorie. Waarom zou je überhaupt dezelfde tonen als een concurrent uit de competitie willen hebben? Tijd om een paar bijzondere verhalen achter voetbalmuziek op een rijtje te zetten. Daarvoor gaan we uiteraard naar Duitsland. De selectie is volledig gebaseerd op persoonlijke voorkeur en smaak, dus geen enkele ambitie om objectief te zijn. De gekozen clubs liggen overigens allemaal in de buurt van Nederland, dus zelf ervaren kan relatief eenvoudig.
VfL Osnabrück: (bijna) poëzie en verbondenheid
Kunnen voetbal en poëzie hand in hand gaan? In Osnabrück denken ze vermoedelijk van wel. Wir sind alle ein Stück VfL Osnabrück is meer een gedicht dan een klassiek clublied. De zinsnede “Hat der Ball das Netz geküsst, dann hat Osnabrück gegrüßt” is bijvoorbeeld even poëtisch als volmaakt. Verder is er sprake van buitengewone zingbaarheid en voelbare emotie. De melodie en de tekst bijten elkaar nergens, maar vullen elkaar in alle opzichten aan. En toch is het moeilijk uit te leggen wat juist dit clublied zo onderscheidend maakt. Misschien helpt het volgende ter illustratie.
In november 2024 waren wij bij de wedstrijd Osnabrück–Dynamo Dresden. Op dat moment stond de club ergens onderaan in de 3. Liga, na gedegradeerd te zijn uit de 2. Bundesliga. Het was nat en koud, het voetbal niet om aan te gluren. De wedstrijd zou dan ook resulteren in een kansloze 0-3. Ik heb verder geen bijzondere connectie met de club of de stad, maar tijdens het zingen van het clublied voelde ik iets dat je normaal alleen bij een lied van je eigen club ervaart: verbondenheid. In mijn geval met mensen en een club waar ik verder geen enkele band mee heb. Heel even voelde ik mij ein Stück VfL Osnabrück. Als een lied dát kan bereiken, heb je met iets unieks te maken.
Werder Bremen: clublied met televisiecommentaar
In het seizoen 2003–2004 werd Werder Bremen voor het laatst landskampioen. Dit kampioenschap werd veiliggesteld in een met 1–3 gewonnen uitwedstrijd tegen achtervolger Bayern München. Ivan Klasnić, Johan Micoud en Aílton waren verantwoordelijk voor de treffers van Bremen. Roy Makaay maakte trouwens de 1–3. Twee dagen na de wedstrijd bracht de groep Original Deutschmacher het kampioenslied Lebenslang Grün-Weiß uit. Enkele weken later volgde, vanwege het binnenhalen van de DFB-Pokal, een kleine wijziging in de tekst, die ook aan deze winst recht deed. Binnen korte tijd werd het lied integraal onderdeel van het clubrepertoire en uiteindelijk (met licht gewijzigde tekst) het clublied.
Bijzonder is de opname van het televisiecommentaar van de drie doelpunten in het lied. En tot op de dag van vandaag is dat nog niet veranderd. In 2025 schreeuwen de Werder-fans — ook die na 2004 geboren zijn — de namen van Klasnić, Micoud en Aílton nog even enthousiast mee als twee decennia geleden. Als dat geen Tradition is…
Schalke 04: een lijflied uit Oost-Duitsland
Als er één club is die gevoelsmatig het mijnverleden van het Ruhrgebied belichaamt, is het Schalke. Met natuurlijk de befaamde spelerstunnel als sterk bewijsstuk. Daarnaast klinkt voor elke thuiswedstrijd het Steigerlied (mijnwerkerslied) door de Veltins-Arena, hartstochtelijk meegezongen door het leeuwendeel van de ruim 60.000 aanwezigen. De gevoelde relatie tussen Schalke en het mijnverleden grenst aan het religieuze. De choreografie naar aanleiding van het sluiten van de laatste kolenmijn in het Ruhrgebied liet die verbondenheid nog maar eens onomwonden zien.
Het is daarom opmerkelijk dat het Steigerlied niet exclusief een Schalke-lied is. Sterker nog, de wortels van het lied liggen in het Erzgebirge, in het uiterste oosten van Duitsland. Voor de Oost-Duitse mijnwerkersclub Erzgebirge Aue heeft het lied dan ook minimaal dezelfde status als voor Schalke. En gezien de herkomst heeft Aue misschien nog wel betere papieren om het lied als lijflied te claimen. Overigens hebben beide clubs een ander officieel clublied.
VfL Bochum: het bezongen DNA van een stad
Als je ooit bij Bochum bent geweest, weet je het: hét lied dat iedereen keihard meezingt — ook menig groundhopper of gelegenheidsbezoeker — is Bochum van Herbert Grönemeyer. Het is een ode aan een stad die heel weinig heeft om trots op te zijn. De tekst is doorspekt met verwijzingen naar een verleden van staalindustrie en mijnbouw. Het beschrijft het DNA en de dagelijkse realiteit van Bochum met een volmaakte mengeling van trots en ironie. Slechts in de laatste paar regels komt ‘der VfL’ daadwerkelijk aan de orde, en dat stukje wordt uiteraard nóg intenser meegezongen dan de rest van het lied.
Bijzonder detail: het is niet het officiële clublied. Dat is VfL – Mein Herz schlägt nur für dich. Door de echte Bochum-supporters ook hard gezongen, maar minder indrukwekkend dan het officieuze clublied.
Preußen Münster: origineel met één woord
Veel goaltunes vertonen de nodige gelijkenis. Het moet een beetje ‘stampen’ en makkelijk mee te neuriën of te zingen zijn. Vaak resulteert dat in de keuze voor bekende klanken als die van Scooter of de Hermes House Band, al dan niet voorzien van gewijzigde tekst. Onze oosterburen gebruiken ook nog weleens klassieke- of marsmuziek, maar ook daar spat de gelijkenis tussen clubs er regelmatig vanaf.
Bij SCP hebben ze gekozen voor een uniek geluid en een tekst die bestaat uit één even simpel als krachtig woord: Preußen. De muziek waarop de tune gebaseerd is komt van de Duitse groep Donots. Van hun nummer Calling is de muziek van het refrein één-op-één overgenomen, waarbij het woord ‘calling’ is vervangen door ‘Preußen’. Het resultaat is een goaltune die uitzonderlijk goed in het gehoor ligt, maar zijn gelijke niet kent. Doordringend, maar niet oorverdovend. Een absolute Ohrwurm, ook als je geen SCP-fan bent.
Vorig jaar is er overigens op basis van de goaltune een volledig nummer van ruim twee minuten verschenen. Wellicht een kanshebber om het ooit tot officieel clublied te schoppen.
Fortuna Düsseldorf: goaltune van echte fans
Wat krijg je als Feyenoord een goaltune zou omarmen die een samenvoegsel is van Radio Rijnmond en Paul Elstak? Geen idee, maar iets soortgelijks hebben ze bij Fortuna Düsseldorf. Het eerste gedeelte van de tune is een stuk legendarisch radiocommentaar van Oliver Bendt. Zijn uitbarsting van vreugde bij de 1–1 gelijkmaker van Fortuna tegen Dynamo Dresden (seizoen 2006–2007) is eigenlijk het begin van een ‘totale Ausraster’. Objectiviteit en neutrale verslaggeving zijn Bendt volledig onbekend. Wel teksten als: “Mein Gott, hätte mich das angekotzt, wenn die Dresdner das Spiel hier gewonnen hätten!” Zijn grootste wens? “… dass ich irgendwann in 40 Jahren beim Kommentieren eines Fortuna-Spiels tot umfalle. Bis dahin: Gesundheit.” Dat zijn woorden van een fan.
De muziek die volgt komt uit het nummer Strom van Die Toten Hosen, een bekende punkband uit Düsseldorf. Fortuna balanceerde rond de eeuwwisseling op de rand van de afgrond: sportief afgezakt naar het vierde niveau en zo goed als failliet. De band deed een opmerkelijke stap door hoofdsponsor van de club te worden. Een paar seizoenen prijkte de doodskop van Die Toten Hosen op het shirt. Door allerlei acties en deals met andere sponsoren droeg de band enorm bij aan de wederopstanding van de landskampioen van 1933. Geen wonder dat de muziek van de band tot op de dag van vandaag een prominente plek heeft in Düsseldorfs fancultuur.