Glückauf-Kampfbahn: de geschiedenis van Schalke 04
Wat zou een supporter van Ajax wel niet geven om nog één keer een wedstrijd te kunnen zien in De Meer? Of een Vitesse supporter in Nieuw-Monnikenhuizen? En wat te denken van de Alkmaarderhout, De Baandert of Beatrixstraat? Bijna alle schitterende stadions waar Nederlandse clubs tientallen jaren hebben doorgebracht, zijn met de grond gelijk gemaakt. Op een plakkaat na is er vaak niks meer van over. Waar ooit een voetbaltempel lag, staan nu dan appartementen. Gelukkig hebben ze in Duitsland meer voetbalhistorisch besef. De Glückauf-Kampfbahn, ooit de thuisbasis van Schalke 04, staat nog altijd fier overeind en is tegenwoordig zelfs de thuisbasis van de lokale amateurclub Teutonia Schalke-Nord.
Glück Auf!
Nadat Schalke 04 zichzelf langzaamaan had opgewerkt tot een van de toonaangevende clubs in de regio, is het tijd voor een onderkomen dat bij deze status past. Augustus 1927 wordt dan ook de Glückauf-Kampfbahn opgeleverd als de nieuwe thuisbasis voor Die Königsblauen. De naam van het stadion verwijst naar het verbinden van de mijnwerkers (die altijd elkaar “Glück Auf” toewensten tijdens een dienstwisseling) met de club. Op 2 september 1928 werd het stadion officieel in gebruik genomen. Een groot festijn met allerlei sportactiviteiten, met als hoofdgerecht een oefenwedstrijd tussen Schalke 04 en Tennis Borussia Berlin, was de doop. Behalve de vele staanplaatsen rondom het veld, waren er ook 1.200 zitplaatsen in de Glückauf-Kampfbahn. In 1928 werd dit nog beschouwd als een (onnodige) luxe voor een stadion, iets wat dus ook niet paste bij het imago van Schalke 04 als de club van de werkende man.
Het schandaal
Het stadion is nog niet zo lang in gebruik als er, helaas voor de supporters, een duistere periode voor de club volgt. In 1930 wordt Schalke namelijk verboden om nog langer wedstrijden te spelen. De bond beschuldigt de club ervan dat zij haar spelers te veel betaald heeft. De toegestane hoeveelheid door de bond is 5 mark en Schalke betaalt haar spelers 10 mark. Het is een publiekelijk geheim dat praktisch elke club in de regio dit doet. De enige die gestraft wordt is Schalke 04. Volgens de supporters zelf komt het doordat de club bekend staat, en succesvol is, als de ‘immigrantenclub’. De gehele selectie en het bestuur krijgen een levenslange straf en Schalke 04 wordt uit de competitie genomen. Drie dagen later pleegt Willi Nier, de financiële man van de club, zelfmoord. Het gigantische schuldgevoel is hem teveel geworden. Enkele dagen later wordt de uitsluiting van Die Königsblauen weer teruggedraaid.
Met een team bestaande uit reserves, oud-spelers en jeugdspelers, weet de club een bijna zeker lijkende degradatie af te wenden. In mei 1931 beraadt de DFB zich over de straf en na overleg worden de levenslange straffen gepardonneerd. Eén dag later staat alles in het teken van de terugkeer van de blauw-witte helden. Een oefenwedstrijd tegen Fortuna Düsseldorf, dat net kampioen is geworden, wordt in alle haast gepland en leidt tot uitzinnige taferelen. Iedereen wil er bij zijn en van heinde en ver komen supporters met allerlei vervoersmiddelen naar het stadion. In alle haast opgeworpen politiebarrières zijn zinloos en worden compleet overlopen. De capaciteit van 34.000 wordt meer dan verdubbeld en 70.000 mensen zien in de Glückauf-Kampfbahn hoe de huidige kampioen door een doelpunt van Hennes Tibulski met 1-0 wordt verslagen. Schalke 04 ist wieder da!
Het einde
Na de duistere periode neemt Schalke 04 een gigantische vlucht omhoog. Het is door deze gouden periode dat de Glückauf-Kampfbahn voor vele supporters nog steeds hét hart van de club is. Tussen 1934 en 1942 weten Die Knappen zich zesmaal te kronen tot kampioen van Duitsland. Tel hier nog een DFB-Pokal bij op en het is duidelijk waarom het stadion zo’n speciale plek heeft in het hart van de supporters. In 1936 wordt, in navolg van de ontwikkeling van de club, een 114-meter lange hoofdtribune aangelegd. Deze tribune is helaas geen lang leven beschoren. In 1944 wordt de Glückauf-Kampfbahn bijna volledig gesloopt door oorlogsgeweld. Als de oorlog voorbij is en Schalke 04 haar wonden likt, wordt het hele stadion gerestaureerd en weer in originele staat hersteld.
In 1956 worden hier ook lichtmasten aan toegevoegd, wat het stadion geschikt maakt voor avondwedstrijden. Twee jaar later wint Schalke haar zevende en voorlopig laatste kampioenschap. In 1972 wordt aan het toch al imposante palmares van dit tijdperk nog een laatste DFB-Pokal toegevoegd. De Glückauf-Kampfbahn heeft nog net het geluk dit mee te maken. Een jaar later is het afgelopen. Schalke 04 verhuist naar het Parkstadion. Op de laatste speeldag van het seizoen 1972/73 verslaat Schalke 04 HSV met 2-0. Het is het afscheid van een iconisch stadion.
Het tweede leven
Na de verhuizing is het lang onduidelijk wat er nu zal gaan gebeuren met de Glückauf-Kampfbahn. Plannen voor een voetbalmuseum komen vanwege financiële redenen niet van de grond. De realiteit is dus dat het stadion jarenlang ligt te verpauperen. Eind jaren 80 wordt daarom besloten om het stadion te slopen. De staantribunes worden omgebouwd tot heuvels met gras. Alleen de hoofdtribune overleeft de sloophamer vanwege de status als monument. Vanaf 1974 is het de thuisbasis van amateurclub Teutonia-Schalke Nord. Ook spelen de jeugdelftallen van Schalke 04 er nog regelmatig. In 2006 krijgt het stadion nog een flinke renovatie. De locatie wordt gebruikt voor zogeheten Viewing Party’s tijdens het WK van 2006 in Duitsland. Vandaag de dag krijgen nieuwe spelers van Schalke 04 nog altijd een rondleiding door dit stadion om ze een besef te geven van de geschiedenis van de club waar ze voor gaan spelen. Het voetballende gedeelte wordt levend gehouden door Teutonia Schalke-Nord, dat nog altijd haar thuiswedstrijden afwerkt in de Glückauf-Kampfbahn.
Hoog tijd om dus eens bij zo’n wedstrijd te gaan kijken. Rondom de Glückauf-Kampfbahn is het onmogelijk om niet te zien welke club hier vroeger speelde. Het stadion bevindt zich aan de Schalker Meile, naast de in ere herstelde toegangspoort bevindt zich een Schalke-café en de vele graffiti is onmisbaar. Achter het ene doel staat een gigantische piece met onder meer het logo, een groep mijnwerkers en de namen van overleden supporters op karren. In de hoek van het stadion staat er eentje vol historie. Alle gewonnen prijzen, en de selectie die deze gewonnen heeft, zijn daar vereeuwigd op de muur. Ook staat er een plaatje van twee mijnwerkers die een kar vol met al deze gewonnen prijzen ‘meenemen’. Verder zijn er nog ontelbaar veel kleinere S04’s en ook zijn er bij de aanwezige toeschouwers enkele fraaie tattoos van Die Königsblauen te bewonderen.
Het potje voetbal
Het mooiste deel van het stadion is natuurlijk de hoofdtribune. Een tribune die haar monumentale status wel waard is. Herbouwd na de oorlog staat dit deel van de Glückauf-Kampfbahn al ongeveer 70 jaar overeind. De hoeken zijn gevuld met staantribunes, met enkel schuine crush barriers. In het midden staan blauwe houten bankjes. De zijkanten zijn (of waren) gevuld met glas, die doen denken aan Highbury. Het dak is van hout en ook de metalen constructie waarmee het dak omhoog wordt gehouden, is indrukwekkend om te zien. Ondanks dat de vele staantribunes rondom het veld gesloopt zijn, is door het gras heen nog steeds te zien wat er ooit was. Aan de andere lange zijde zijn nog twee kleine staantribunes overgebleven. Het enige minpunt is het oerlelijke kunstgras.
En er wordt ook nog gevoetbald. Teutonia Schalke-Nord neemt het op tegen het mij al even onbekende ETuS Bismarck. Het niveau is erg laag, het grootste medelijden is er nog met de keepers die voor elk matig schot meters moeten lopen om de bal weer te halen. De keeper van ETuS Bismarck weet een negatieve hoofdrol voor zich op te eisen door twee penalty’s te veroorzaken en dus rood te pakken in een vriendschappelijke wedstrijd. Een prestatie an sich. De einduitslag is uiteindelijk 3-0 voor de thuisploeg, maar als er iets onbelangrijk is bij wedstrijdbezoeken als deze, dan is het wel het voetbal!