De voetbalstad: het voetballandschap van Belfast
In “De Voetbalstad” leggen we iedere maand een andere stad onder de loep. Welke rol speelt de stad in de voetbalgeschiedenis van haar land? Welke clubs domineren het voetballandschap van de stad? En wat is dé derby van de stad? In deel 2 nemen we een kijkje bij de hoofdstad van Noord-Ierland: Belfast.
In het eerste deel over de Noord-Ierse hoofdstad Belfast nemen we een kijkje naar alle clubs die de stad rijk is en vroeger was. De invloed van Belfast op het Noord-Ierse voetbal is levensgroot. Inclusief het afgelopen seizoen is er 118 maal gestreden voor het kampioenschap van Noord-Ierland. 108 keer werd dit kampioenschap binnen de stadsgrenzen van Belfast gehouden. Zeven verschillende teams waren verantwoordelijk voor deze kampioenschappen. Vier van deze teams zijn nog steeds actief op het hoogste niveau. Dit zijn Linfield, Glentoran, Cliftonville en Crusaders. Het lot van meervoudig kampioenen Belfast Celtic en Lisburn Distillery zal ook worden besproken.
De blauwen van Linfield
De meest succesvolle club van Belfast is zonder twijfel Linfield F.C. Linfield is een club met ongekend veel historie. Tijdens alle 118 seizoenen van het Noord-Ierse kampioenschap was Linfield aanwezig. Sinds 1905 speelt de club al op haar huidige thuisbasis; Windsor Park. In 1886 werd de club in het zuiden van Belfast opgericht door de medewerkers van de lokale textielfabriek. Gelijk vanaf haar bestaan was Linfield de meest succesvolle club en die eretitel heeft zij nooit meer afgestaan. Het eerste kampioenschap van 1890-91 werd direct gewonnen door “The Blues”. Ook de twee opvolgende seizoenen won zij de titel. In die eerste paar decennia was Belfast Celtic dé grote concurrent van Linfield. Toen deze club in 1949 ophield te bestaan werd deze rol overgenomen door Glentoran F.C.
Tegenwoordig behaalt de club met iets minder regelmaat het kampioenschap, maar ze doet ieder jaar gewoon mee in de top. Het laatste kampioenschap dateert nog van 2016/17. Het totaal aantal van de kampioenschappen ligt op een indrukwekkend aantal van 52. Dit betekent dat de club goed is voor 44% (!) van alle kampioenschappen. Het niveau van het Noord-Ierse voetbal is echter zodanig laag dat zelfs de recordkampioen geen potten kan breken in Europa. Het verlies tegen CSKA Sofia in de kwartfinale van de 1966/67 Europa Cup blijft de beste prestatie van Linfield. Één maal werd het door de club opgenomen tegen een Nederlandse club. Tegen het PSV van de gebroeders Van de Kerkhof werd met een monsterscore van 8-0 verloren.
De supporters van de club worden over het algemeen gezien als protestants. In het verleden hing er zelfs een sektarische sfeer rondom de club. Dit kwam vooral tot uiting toen er 1979 werd geloot tegen de Ieren van Dundalk. De onderlinge wedstrijd tussen de katholieke Ieren van Dundalk en de protestantse supporters van Linfield liep zo erg uit de hand dat de returnwedstrijd door de UEFA werd verplaatst naar Haarlem. Ook tegenwoordig is godsdienst nog een van de belangrijkste drijfveren achter de rivaliteit tussen Linfield en Glentoran.
The Glens en de magische Oval
Glentoran is met 23 kampioenschappen ook een zeer succesvolle club. In de eerste paar decennia ging de club gelijk op met Belfast Celtic qua kampioenschappen. Qua supporters kon de club zich echter niet meten met “de grote twee” en werd dus altijd gezien als de nummer drie van Belfast. Toen Belfast Celtic ophield met bestaan was Glentoran er als de kippen bij om de plek in de grote twee over te nemen. Sinds toen is Glentoran de enige echte rivaal van Linfield en spelen beide ieder jaar de Belfastico. Ook Glentoran is in alle seizoenen van de Noord-Ierse competitie actief geweest. Met 23 kampioenschappen en 22 bekers mogen The Glens zich met recht één van de grootste clubs van Noord-Ierland noemen.
Qua Europees succes kan de club zich tevens meten met haar grote rivaal. Ook de mannen in rood-groen-zwart wisten eenmaal de kwartfinale van de Europa Cup I te halen. Ook mochten zij het eenmaal opnemen tegen een Nederlandse ploeg. Tegen Ajax werd door Glentoran met de bekende monsterscore van 8-0 verloren. Waar het er dus op lijkt dat de club nergens uit de schaduw van The Blues kan treden, heeft zij één ding wat haar boven de rest van de Noord-Ierse clubs uittilt. The Oval is zonder twijfel het bekendste stadion van Belfast. Elke groundhopper droomt over een bezoekje aan dit stadion en dan het liefst op Boxing Day tegen rivaal Linfield. Recentelijk is de club op sportief vlak ingehaald door Cliftonville en Crusaders. De laatste titel dateert intussen van 10 jaar geleden.
De kleine twee
In de afgelopen zes seizoenen bleef de titel zes maal in Belfast. Maar slechts eenmaal ging deze titel naar een van de grote twee van Belfast. Het waren de afgelopen jaren juist de twee “kleinere” clubs die de kampioenschappen binnen sleepte. In 2012/13 en 2013/14 was Cilftonville de sterkste van Noord-Ierland. In 2014/15, 2015/16 en 2017/18 viel deze eer te beurt aan Crusaders. Hoewel beide clubs al in de negentiende eeuw werden opgericht kunnen ze niet tippen aan de faam en het succes van haar grotere stadsgenoten. Sportief bouwen ze echter nu beide dus hard aan de weg en de wedstrijden tussen de twee ploegen staan bekend als The North Belfast Derby.
Hoewel Cliftonville met 5 kampioenschappen zeker geen kleine jongen is, haalt de club haar claim to fame uit een ander feit. Met haar oprichtingsjaar van 1879 mag de club zichzelf de oudste club van Noord-Ierland noemen. The reds zijn dus the founding fathers van voetbal in Ierland. In de beginjaren van het Noord-Ierse voetbal wist de club dus twee keer kampioen te worden. Daarna bleven de supporters erg lang verstoken van succes. Cliftonville bleef namelijk tot achter in de jaren 70 een amateurclub. Nadat de club eindelijk de stap maakte tot profclub veranderde ze in een subtopper. Recentelijk beleeft de club goude tijden en werd tweemaal het kampioenschap naar Solitude, het oudste voetbalstadion van Ierland, gehaald.
Crusaders F.C. is momenteel dé ploeg om te kloppen in Noord-Ierland. Van de afgelopen vier seizoenen ging de titel drie keer naar Seaview. The Hatchetmen zijn van ver gekomen. Lang werd de club namelijk de toegang geweigerd tot het hoogste niveau. Vanaf haar oprichting in 1898 heeft Crusaders de lagere Intermediate League in vuur en vlam gezet. Toegang tot het hoogste niveau werd de club echter telkens ontzegd. Pas na het tragische verdwijnen van Belfast Celtic werd de ploeg toegelaten tot het erepodium van het Noord-Ierse voetbal. Sindsdien leeft ze met golven van succes. Zo werd Crusaders begin jaren 70 twee keer kampioen om hier vervolgens pas midden jaren 90 weer twee kampioenschappen bij te voegen. De afgelopen jaren beleeft de club weer zo’n succesgolf en is het toeschouwersaantal ook direct verdubbeld.
De verdwenen kampioenen
Twee meervoudig kampioenen uit Belfast zijn inmiddels van het hoogste podium verdwenen. Belfast Celtic verdween op tragische wijze compleet uit de voetballerij. Lisburn Distillery daarentegen moet genoegen nemen met een plek op het derde niveau. Het lot van Belfast Celtic is zonder twijfel het meest trieste voetbalverhaal wat de geschiedenis van Belfast rijk is. In de beginjaren van het Noord-Ierse voetbal was Belfast Celtic onderdeel van “de grote twee”. Als grote concurrent van Linfield, zowel op sportief gebied als op godsdienstig vlak, wist de ploeg een grote katholieke supportersschare aan zich te binden. De club had succesperiodes met meerdere kampioenschappen op rij en vlak na de tweede wereldoorlog stond de teller al op 14 kampioenschappen. De rivaliteit met The Blues werd echter steeds heftiger, mede door de spanningen in Noord-Ierland zelf.
Deze rivaliteit kwam tot een absoluut kookpunt tijdens de Boxing Day derby van 1948 op het Windsor Park van Linfield. Belfast Celtic leek met 0-1 te gaan winnen, maar in de allerlaatste minuut wist Linfield op 1-1 te komen. Om deze gelijkmaker te “vieren” bestormden de supporters van Linfield het veld. Vervolgens werden spelers van Belfast Celtic aangevallen en fysiek belaagd door de supporters. Spits Jimmy Jones verloor zelfs het bewustzijn en hield een gebroken been over aan de aanval. Teleurgesteld in het gebrek aan bescherming door de politie en de voetbalbond om zichzelf aan het eind van het seizoen terug te trekken uit de competitie. De veiligheid kon niet langer worden gegarandeerd. Sindsdien heeft de club nooit meer een officiële wedstrijd gespeeld. De supporters bleven met een gebroken hart achter.
Het verhaal van Lisburn Distillery F.C. is een stuk minder tragisch. De club had gewoon de pech haar gloriejaren veel te vroeg te hebben gehad. In 1906 had de club al vijf kampioenschappen te pakken. De druk van deze kampioenschappen kon de club daarna nooit meer waarmaken. Lisburn Distillery bleek nu eenmaal simpelweg geen topclub te zijn. The Whites konden leuk meedraaien, maar echt aanspraak op de prijzen werd er nooit gemaakt. De uitzondering kwam in 1963. Met een eenmalige opleving werd in dit jaar de zesde en laatste titel behaald. Sindsdien kent de geschiedenis van de club weinig hoogtepunten. Tegenwoordig is zij actief op het derde niveau in haar New Grosvenor Stadium.
Dit is een verhaal uit de serie De Voetbalstad. Klik hier voor alle verhalen van deze serie.