Het interlandweekend is weer aangebroken. En waar er nu voornamelijk kalme dagjesmensen en in het oranje uitgedoste supporters de wedstrijden bezoeken, sloegen vroeger de Nederlandse harde kernen de handen ineen om hooligans uit grotere landen uit te dagen. Zo ook de Bunnikside. Clubs als Den Haag, Utrecht, Feyenoord, Groningen en Twente nemen in de jaren 80, 90 en in de millenniumjaren vaak het voortouw. Maar ook de F-Side is regelmatig van de partij.

In het boek ‘De Rebellen van de Bunnikside’ hebben we niet de ruimte om alle hoofdstukken te plaatsen. Sommige anekdotes zijn daardoor helaas verloren gegaan. Vandaag delen we exclusief een Deleted Scene met de kleur oranje uit het boek.

Het Oranje leger in 2000

Het nieuwe millennium begint met een evenement waar de voetballiefhebbers naar uitkijken: EURO 2000. Ook voor de Bunniksiders is de zomer van 2000 er één om op te verheugen. Het EK wordt georganiseerd door Nederland en België. De Europese voetbalteams strijden om de titel, maar ook de hooligans uit diverse landen staan te popelen om zich te laten gelden. P, een Bunniksider vertelt over de voorbespreking in een restaurant in Nieuwegein: “We waren daar met vertegenwoordigers van Den Haag, Groningen, NEC, Twente en Willem II aanwezig. Ajax mocht niet mee, maar wilde zelf ook niet. De Rotterdammers zouden ook komen, maar die hebben op het laatste moment afgezegd. Feyenoord stelde zich in de voorbesprekingen nogal vreemd op.”

Nadat alles grondig besproken is, breekt de eerste dag aan dat er wordt georganiseerd in Rotterdam. “We zaten op de Coolsingel met een groep”, zegt P. “Feyenoord zat in een ander café. Er hing spanning in de lucht, want de groepen van Den Haag en Feyenoord lagen elkaar destijds niet zo. Feyenoord had toen echt een hele grote groep. Ik weet nog dat we een keer eind jaren 90 in Rotterdam waren. Toen heb ik nog op een rangeerterrein onder een trein gelegen om me te verstoppen. Wie zegt dat ‘ie nooit bang of opgepakt is geweest of een klets heeft gehad, heeft nooit de echte rellen meegemaakt.”

De politie houdt de Nederlandse groep nauwlettend in de gaten die middag. “Ik kan me nog herinneren dat ik voor het eerst bewust zag dat de politie ons filmde. Een agent stond ons vanaf een dak te filmen”, vertelt hij. Tot noemenswaardige incidenten komt het die dag verder niet. P. vervolgt: “Er waren jongens uit heel Nederland bij, maar Utrecht en Den Haag waren de grootste. We konden het altijd goed met die jongens van ADO vinden. Ik denk dat er in totaal driehonderd jongens van die twee clubs stonden. Ik kende veel van die Hagenezen ook van feesten waar we heen gingen.”

Nederland heeft zich ingesteld op de hooligans. De Volkskrant schrijft: “Eén massale vechtpartij en Euro 2000 zou zijn bezoedeld. Nederland had zich dan ook tot de tanden bewapend. Politici namen vergaande wetten aan om groepen hooligans vast te houden, zelfs op verdenking van mogelijk te plegen feiten. In naam van de openbare orde werden de bevoegdheden van politie en justitie opgerekt. Burgemeesters hielden grote loodsen vrij om legers hooligans in op te sluiten, het openbaar ministerie kreeg de vrijheid aangehouden relschoppers extra lang vast te houden in afwachting van hun rechtszaak. Alle politiekorpsen moesten een deel van de manschappen afstaan aan de speelsteden Amsterdam, Arnhem, Eindhoven of Rotterdam.”

Moffen meppen in Zweden

Tijdens het EK in Zweden van 1992 zijn er diverse Utrechters op pad. Bunniksider E. is regelmatig te vinden rond wedstrijden van het Nederlands elftal. Zo ook in Zweden. “Daar gingen we met een groep Nederlanders heen. Vooral met de Hagenezen konden we goed opschieten. We maakten ook kennis met de Groningers, Twentenaren en Amsterdammers die er waren. Op een gegeven moment kregen we de kans te knokken met Duitse hooligans. Zij waren altijd goed georganiseerd.” De Duitsers lopen met vierhonderd man nietsvermoedend door een brede straat in Zweden.

Hij vervolgt: “Terwijl ze voorbij liepen, kwamen wij uit een zijstraat net achter die groep terecht. T. en ik hebben wat klappen uitgedeeld daar. Al snel waren we opgemerkt en kwam de cameraploeg van de NOS er ook bij. Mijn ouders zaten thuis naar de televisie te kijken en zagen mij weer eens voorbijkomen.” De jongens uit Enschede vragen aan de Utrechter E. of hij gek is geworden dat hij op zo’n grote groep afloopt. Het antwoord van E.: “Daar kom je toch voor?” Hij gaat verder: “De volgende dag stonden we ook nog op de voorpagina van de Telegraaf. Er zaten ook jongens uit Breda in Zweden. Die waren er al een week en hadden grote blokken hasj. Ze waren echt helemaal stoned.”

E. bezoekt vaker wedstrijden van Oranje. Hij vertelt over een wedstrijddag in Polen. “Ik ging met J. en B. naar een wedstrijd van het Nederlands elftal in Polen. Daar legde ik contact met een groep Ajax-supporters. We stonden een beetje te praten, het waren best aardige gasten. Ik zei op een gegeven moment dat ik wel een keer een biertje met ze wilde drinken in Amsterdam, maar ze zeiden dat ik dat beter niet kon doen, want ik stond in de Top-10 van de grootste kut-Utrechters aller tijden.”

Liechtenstein thuis 2004

Het is de eerste wedstrijd onder bondscoach Marco van Basten en de KNVB heeft ingezet op een feestelijke avond. De Bunniksider W.: “Wij zaten toen in de periode dat we als supportersgroep plannen hadden om ons beter te organiseren. In de stad zaten we namelijk in verschillende kroegen, daarom besloten we dat elke afdeling een prepaid-telefoon nodig had. We spraken die avond middels wat telefoontjes af met zijn allen bij de stadionflat. Er stond echt in een mum van tijd tweehonderd man. De politie snapte er niks van dat er zo snel zo’n grote groep stond. We gingen vervolgens lopen en bij het supportershome werden de deuren opgedaan.”

Er zitten even later tweehonderd zware hooligans in een familievak. “Stewards werden geslagen en kinderen begonnen te huilen”, zegt W. “Bij elk balcontact van een speler van Ajax werd hij uitgescholden voor kankerjood. Sindsdien is er nooit meer een interland van het grote oranje in de Galgenwaard geweest.”

Hulp uit onverwachte hoek

De Utrechter M. bezoekt met wat maten het EK van 1996 in Engeland. “We zaten daar in de metro met drie prominente Amsterdamse hooligans die wij kenden. Er zaten iets verderop drie onbekende Amsterdammers en die gasten zeiden dat we tering-Utrechters waren en dat we ons shirt uit moesten doen. Waarop een van de Amsterdammers die bij ons zat naar die gasten afloopt en vraagt waar ze vandaan kwamen. Ze zeiden uit Maarssenbroek. “Jullie komen uit Maarssenbroek”, zei hij. “Dan horen jullie niet voor Ajax te zijn, maar dan moeten jullie voor Utrecht zijn. Laat die jongens met rust!” Ze hadden niks meer te vertellen.

De Rebellen van de Bunnikside

Benieuwd welke verhalen het boek wel hebben gehaald? Geïnteresseerd in het ware verhaal van de eerste georganiseerde en beruchte hooligangroep van Nederland, de Bunnikside? Bestel dan nu ‘De rebellen van de Bunnikside’ in de webshop: www.svfcu.nl/bookshop

Voor meer informatie over het boek, bezoek de website www.derebellenvandebunnikside.nl

Lees ook: https://www.indehekken.net/de-utrechtse-bunnikside-komt-met-een-boek/

Het is tijd voor verandering. Check hier de site van Dutch Fanatics.

R van U
R van U schrijft rauwe en eerlijke columns over voetbal en het supportersleven. Het gaat voor hem niet om winnen of verliezen, degraderen of kampioen worden. Het gaat om de stad, de kleuren, het stadion en het clubwapen. Als klein jochie ging hij aan de hand van zijn vader naar het voetbal en nu brengt hij de liefde voor de club over op zijn zoontje. Het is de opzwepende muziek die gedraaid wordt in het stadion, de supporters van de tegenstander, de sfeer en de spanning. Het gaat om passie, beleving en trots. De liefde voor de club is onvoorwaardelijk! Zijn columns zijn ook te vinden op zijn eigen website.

    Ook leuk om te lezen

    Reageren is niet mogelijk.