Amateurvoetbal

De wondere wereld van het amateurvoetbal: WKE

In de wondere wereld van het amateurvoetbal komt elke keer een club aan bod die iets unieks biedt aan de schitterende wereld van het amateurvoetbal. Deze keer is het de beurt aan WKE. Woonwagenkamp Emmen, het is een naam die tot de verbeelding spreekt. Opgericht als de club van het lokale woonwagenkamp gaf WKE jarenlang kleur aan Emmen als amateurvoetbalstad. Met als ultieme beloning een algeheel landskampioenschap van de amateurs in 2009. Maar zoals bij zo veel clubs komt hoogmoed toch een keer voor de val, in 2016 ging de club failliet. Tegenwoordig is WKE’16 als ‘opvolger’ bezig opnieuw de voetbalpiramide te bestormen.

De Ark

Het is het oudste woonwagenkamp van Nederland: De Ark in Emmen. Het kamp, gelegen aan de Sluisvierweg, bestaat al ruim 125 jaar en is waarschijnlijk een van de meest bekende woonwagenkampen in Nederland. En dat komt vooral door het voetbal.

Rondom De Ark wordt eigenlijk altijd al gevoetbald. Vanaf de jaren 50 doet het kamp met haar eigen elftal mee aan de regionale bedrijfscompetitie. De veelal kooplui nemen het dan op tegen gemeenten en andere bedrijven uit de regio. In 1966 wordt besloten om officieel toe te treden tot de voetbalpiramide en op 14 juni van datzelfde jaar ziet Woonwagenkamp Emmen het levenslicht. Een van de oprichters is Hendrik Wolters, beter bekend als Grote Geert. Een man die een grote rol zal spelen in de geschiedenis van de club.

Begin jaren zeventig doet er zich gelijk een schitterend tafereel voor. WKE oefent namelijk in juli van 1973 tegen het grote Ajax, dat net voor het derde jaar op rij de Europacup I heeft weten we winnen. Plots lopen sterren als Johnny Rep, Johan Cruijff, Ruud Krol en Piet Keizer over het sportpark aan De Ark. De wedstrijd eindigt logischerwijs in een gigantisch verlies van 18-0, maar het beeld van de supersterren die het opnemen tegen de ‘kampers’ beklijft. Het is tevens een beeld dat de jaren erna verdwijnt. De club gaat steeds meer bestaan uit voetballers van buitenaf. De kampbewoners zelf gaan veelal spelen in de lagere elftallen. Deze wisseling is aan de ene kant erg jammer, maar zet aan de andere kant de deur open naar groot sportief succes. Tevens zorgt het voor een positieve verandering in het imago van de kampers. Het negatieve beeld van de asociale schoppers verdwijnt. En met de spelers van buiten het kamp is de club nu ook klaar om de top van het amateurvoetbal te gaan bestormen.

Hard werken

Vanaf 1974 begint WKE aan een gestage klim richting de Hoofdklasse vanuit de Vierde klasse. Na elke promotie wordt er gelijk meegedaan om de prijzen en zo wordt er onvermijdelijk gebouwd aan een topteam. In 1981 wordt voor het eerst promotie afgedwongen naar de Hoofdklasse. Toentertijd nog het walhalla van het amateurvoetbal. Het debuutjaar is gelijk het voorlopig beste jaar en de woonwagenbewoners eindigen op een tweede plek. De club mag zes jaar lang haar kunsten vertonen op het hoogste niveau tot er uiteindelijk degradatie volgt. De aandacht van de voetbalwereld ligt die jaren meer op Emmen dan ooit tevoren, maar dat is niet door WKE. FC Emmen heeft de stap gezet naar het profvoetbal, juist in de jaren dat WKE weer actief is in de Eerste klasse.

Bij WKE blijven ze echter het kamp trouw. Bij veel supporters is er eerder haat dan liefde richting de betaald voetbalclub. Voor hen is er maar één club en dat is de club van het kamp. De supporters zijn emotioneel, oprecht en meelevend. Ze houden van harde werkers, niet van paradepaardjes. De jaren die volgen is de club op sportief niveau simpelweg net niet goed genoeg om op het hoogste niveau te acteren. De club verblijft stabiel in de top van de Eerste klasse op twee korte verblijven in de hoofdklasse na. De club staat vooral bekend om haar legendarische feestjes in de kantine die tot diep in de nacht doorgaan. In 2002 degradeert de club voor het eerst in meer dan twintig jaar weer naar de Tweede klasse. Het blijkt het startschot van de gouden periode voor de club. Twee jaar later speelt de club weer in de Hoofdklasse en doet het ook weer mee om de prijzen. In 2007 wint WKE voor het eerst in haar geschiedenis de Hoofdklasse C. Het echte kunststukje moet dan zelfs nog komen.

Op het randje

In 2009 herhalen de mannen in oranje hun kunststukje van twee jaar eerder. Het elftal dat jaar is een waar vriendenteam onder leiding van aanvoerder Martijn Doldersum, de voetballer die in 2015 overleed aan de gevolgen van ALS. In de bus naar alle uitwedstrijden zijn er bier en sigaretten in overvloed en na de meeste thuiswedstrijden hangen de spelers nog tot laat in de kantine. De hoofdklasse C wordt uiteindelijk weer gewonnen na een ware eindsprint en ditmaal stoot de club zelfs door tot de finale voor de strijd om het algehele amateurkampioenschap. De titel van beste zondagclub wordt namelijk nipt binnengesleept door Baronie en Westlandia af te troeven. Tegenstander in de finale is de nummer één van het zaterdagvoetbal: Rijnsburgse Boys.

De eerste wedstrijd wordt gespeeld bij de Uien in Rijnsburg. In een wedstrijd die lang afstevent op een 0-0, tot Rijnsburgse Boys in de laatste minuut een makkelijk gegeven penalty meekrijgt. De uitwedstrijd eindigt op de valreep dus in 1-0. WKE is woedend en de doelpuntenmaker wordt nog onderuit geschopt tijdens het juichen. WKE heeft dus thuis een hele moeilijke taak voor zich liggen. Op 20 juni 2009 is het zover en hebben de mannen in oranje de kans om geschiedenis te schrijven. Rijnsburgse Boys is echter veel beter en met nog een klein kwartier te gaan staat er een 0-2 stand op het bord. Zelfs de grootste optimist weet dan dat het afgelopen is. Zeker aangezien dezelfde stand in de 88e minuut nog steeds op het bord staat. De club heeft nog drie doelpunten nodig om überhaupt een verlening te behalen.

Een thriller

Zelfs de spelers hebben het eigenlijk al opgegeven en vragen de scheids of hij niet gewoon af kan fluiten. Wat er volgt is waarschijnlijk de grootste comeback in de geschiedenis van het amateurvoetbal. In de 89e minuut kopt de thuisploeg de 1-2 tegen de touwen. Eén minuut later wordt ook de 2-2 gemaakt. De blessuretijd rest nog en één doelpunt is genoeg. Met nog één minuut blessuretijd te gaan schiet een lange ingooi door en belandt de bal in de scrimmage. Meerdere schoten worden geblokt tot de bal voor de voeten valt van verdediger Bas Hooiveld. Uitgerekend een man die al twee jaar niet gescoord heeft, maakt de bevrijdende 3-2. Het sportpark ontploft. De beker was al zo goed als uitgereikt aan de mannen uit Rijnsburg en nu moet er plots verlengd worden.

In de verlenging vliegen de kampbewoners nog op de roze wolk van de unieke comeback en komt dus ook op een 4-2 voorsprong. Nu is het echter aan de Uien uit het westen om op te staan uit de dood. In de laatste minuut wordt de bal binnen gekopt en de 4-3 op het scorebord gezet. Net als de spelers en supporters denken alles gezien te hebben. Iedereen is doodop. En dan moeten de penalty’s nog genomen worden. De eerste zes strafschoppen gaan allemaal mis. Het lijkt alsof de spelers het niet meer kunnen opbrengen. Penalty 7 en 8 gaan raak en dus kan het plots beslist worden. WKE mag beginnen en schiet de negende penalty raak. Rijnsburgse boys ziet vervolgens de laatste pingel gestopt worden door de keeper van WKE.

Woonwagenkamp Emmen heeft geschiedenis geschreven. In een zinderende comeback is het onmogelijke gepresteerd en mag de club zich voor het eerst in haar geschiedenis de allerbeste amateurclub van Nederland noemen. Het sportpark ontploft en de mensen weten niet wat ze meemaken. Later op de avond wordt het feest groot gevierd voor het huis van Grote Geert, de man naar wie twee jaar eerder het sportpark werd vernoemd. Het feest gaat natuurlijk door tot in de late uurtjes. Het is de kroon op al het werk van de woonwagenkampbewoners.


Miljoenen

De club blijft in de jaren die erop volgen een van de topclubs in het amateurvoetbal. In 2011 wordt dan ook promotie afgedwongen naar de Topklasse, de nieuwe hoogste divisie in het amateurvoetbal. In een play-off wordt FC Hilversum aan de kant gezet. In 2013 komt er echter slecht nieuws. Oprichter en boegbeeld Grote Geert komt te overlijden. Het is de opmaat voor donkere tijden. Eind 2013 staat de club stijf onderaan in de Topklasse en het gehele bestuur besluit op te stappen. De sportieve zorgen zijn echter al gauw verleden tijd. Er staat namelijk een groter gevaar voor de deur: de belastingdienst.

Begin april wordt aan de leden bekend gemaakt dat WKE een belastingschuld heeft van 600.000 euro. De tijd van twee voor twaalf is eigenlijk al voorbij en een faillissement lijkt onafwendbaar. Half april gaat de inventaris onder de hamer en eind april vraagt de belastingdienst officieel het faillissement aan van de club. Het is aan de liefde van de supporters en de diepe zakken van Jan Oosting te danken dat dit nog afgewend kan worden. De supporters halen met verscheidende acties 200.000 euro op en de rest van de schuld wordt verhaald op oud-bestuurders. Het is echter slechts het uitstellen van het onvermijdelijke.

Krap anderhalf jaar later is het begin 2016 wederom mis. Nu hangt er een duizelingwekkende schuld van tussen de anderhalf en tweeënhalf miljoen euro boven het hoofd van WKE. De club kondigt zelf het faillissement aan, maar neemt dit na een bestuurswisseling snel weer terug. Het mag allemaal niet baten, want in februari vraagt de belastingdienst wederom het faillissement aan. Begin maart grijpt ook de KNVB in en wordt het eerste elftal uit de Topklasse gehaald. Eind maart valt dan definitief het doek voor de roemruchte amateurclub. WKE is failliet.

WKE’16

Het verliezen van hun club is voor de kampbewoners echter niet te verkroppen en uit de as van de overleden club ontstaat iets nieuws. In de zomer van 2016 ziet WKE’16 het levenslicht. De Sportpark en de clubkleuren blijven hetzelfde, maar de club besluit om terug te keren naar haar kern. WKE’16 is weer een volksclub. Geen gelukszoekers van buitenaf met grote salarissen, maar bewoners van het kamp zelf. De bekende achternamen Wolters, Hendriks en Oosting komen weer veelvuldig voor in het elftal. Hoewel het begin niet van een leien dakje gaat – trainer Pascal Mulder neemt al na enkele maanden afscheid vanwege beschuldigingen van oplichting en fraude – heeft de club inmiddels haar vorm weer hervonden.

Drie seizoen leveren drie kampioenschappen op. In 2019 gaan er zes supportersbussen mee naar de kampioenswedstrijd in Ter Apel. Het afgelopen seizoen komt de club dus uit in de Tweede Klasse en ook hier doet zij bovenin mee. Toch weet iedereen heel goed dat deze sportieve opmars een keer zal stoppen. En dat is prima. Er worden geen grote bedragen meer uitgegeven om de hemel te bestormen. Stiekem is het faillissement voor sommige supporters ook niet zo erg geweest. WKE is nu namelijk eindelijk weer de volksclub die het vroeger was. En sportief belang? Dat is mooi meegenomen, maar alles eromheen is toch eigenlijk veel belangrijker.

Lars Smit
Leven lang verliefd op NEC. Helemaal gek van supporterscultuur, vergane glorie en amateurvoetbal.

Reageren is niet mogelijk.

0 %