Tussen de ultra’s: Loyaliteit, vriendschap en liefde
‘Wat zie je als je naar een voetbalwedstrijd kijkt? Zie je een collectieve voetbalvoorstelling? Zie je individuele spelers met individuele vaardigheden? Of zie je een schaakspel van getallen, tactieken en patronen? Er is geen goed of fout antwoord, maar er zijn wereldwijd miljoenen mensen die het spel op een heel andere manier zien. Net buiten het veld, op de tribunes achter de goals, bestaat er een andere manier om voetbal te begrijpen, een subcultuur die grotendeels heeft bepaald hoe het voetbal eruitziet en aanvoelt sinds het midden van de twintigste eeuw: de ultra’s.’
Deze “subcultuur van de ultra’s” is het onderwerp van een imposante studie van de bekende voetbaljournalist James Montague die leest als een roman. Het boek dat oorspronkelijk in 2018 verscheen, is nu ook —uitstekend— vertaald in het Nederlands door Caspar Wijers en gepubliceerd als Tussen de ultra’s: In het spoor van de extreemste voetbalfans ter wereld.
Ultraroyalistisch
Ultra’s vormen een essentieel onderdeel van de voetbalcultuur. Hun fanatisme, creativiteit en soms controversiële acties hebben de voetbalstadions in de afgelopen decennia getransformeerd. De term “ultra” wordt gebruikt om een groep fanatieke voetbalfans aan te duiden die zich onderscheiden door hun intense loyaliteit aan hun club, hun creativiteit in het creëren van een sfeer in het stadion en hun bereidheid om hun club te verdedigen, zowel verbaal als fysiek. Ultra’s zijn vaak georganiseerd in groepen met eigen regels, rituelen en symbolen. Ze worden gekenmerkt door het gebruik van spandoeken, rookbommen, vuurwerk en gezangen om een indrukwekkende sfeer te creëren.
De term “ultra” wordt vaak als synoniem gebruikt voor hooliganisme, maar dat is onjuist. Het is een term die oorspronkelijk werd bedacht voor de “ultraroyalistische” factie die de Bourbon-monarchie tijdens en na de Franse revolutie. De term werd eind jaren zestig overgenomen in het Italiaanse voetbal. Deze ultra’s stonden in het goedkoopste gedeelte van het stadion, de curva, achter de doelen, en namen de kleuren en politieke pracht en praal van de pleinen mee naar hun deel van het stadion.
Enorme spandoeken met politieke boodschappen, bekend als choreographia, werden uitgevouwen door de tifosi, de Italiaanse fans. Het woord heeft zijn oorsprong in tyfus, een ziekte die symptomen vertoont van passiviteit en lethargie, gevolgd door manische episodes. De groeperingen waren strak georganiseerd met vlaggen, trommels, liederen en lichtpistolen, die de fans uit havensteden zoals Genua als eersten gebruikten. Montague traceert de eerste hinchas in Argentinië en Uruguay en neemt de lezer mee op een boeiende zoektocht langs stadions, steden en jeugdculturen op vier continenten.
De nieuwe oude wereld
In het eerste deel (“Los Primeros Hinchas”; Uruguay, Argentinië, Brazilië ) beschrijft de auteur de roots van de hedendaagse ultracultuur. Hoe deze voetbalcultuur na de Tweede Wereldoorlog overwaait naar Europa is het onderwerp van het tweede deel (“Geen gezicht, geen naam”; Italië, Servië, Griekenland en Macedonië, Albanië en Kosovo). Deel drie (“Tegen modern voetbal”) brengt Montague naar Oekraïne, Duitsland en Zweden. In het vierde deel (“De nieuwe oude wereld”), tenslotte, staan ultrasubculturen in relatief nieuwe voetballanden als Turkije, Egypte, Indonesië en de Verenigde Staten centraal.

FCSB ultra’s in de Nationale Arena in Boekarest (Foto: Frank Elbers)
Een puntje van kritiek is dat in dit lijvige boek (463 pagina’s) een personenregister ontbreekt. In zijn volledigheid komen er talloze namen voorbij en begint het na de eerste dertig bladzijden al te duizelen; het zou handig zijn geweest om namen te kunnen opzoeken.
Rebellenstad
Overigens hebben Hajduk Split’s Torcida de eer om Europa’s eerste georganiseerde supportersgroep te zijn. Deze rebellenclub uit de rebellenstad Split werd geïnspireerd door het publiek tijdens het WK van 1950. Brazilië schakelde Joegoslavië uit, maar het publiek, de Torcida, in het Maracanã stadion maakte diepe indruk op Hajduk-spelers Vladimir Beara en Bernard Vukas. Bij terugkomst vertelden zij enthousiaste verhalen aan Hajduk-fans die studeerden in Zagreb. ‘Het leek wel wel een machine die stampte voor hun vaderland en hun nationale team’, aldus Beara.
De oorspronkelijke —Engelse— titel van Montague’s boek was 1312, omdat hij dat getal op de muren van stadions van Casablanca tot Sarajevo, Jeruzalem tot Krakau had zien staan. De alfabetische cijfercode voor ACAB: All Cops Are Bastards. ‘Ultra’s definiëren zichzelf door hun vrienden, maar ook door hun vijanden: de media, die volgens hen voortdurend een verkeerd beeld geven van wie ze zijn, hun directe rivalen, maar vooral de politie.’ Dat ultra’s over de hele wereld de politie niet als hun best vriend beschouwen, moge duidelijk zijn. Het is de verdienste van Montague dat hij als een van de weinige journalisten en buitenstanders toegang kreeg tot ultra’s — van Buenos Aires tot Dortmund. Zijn boek is gebaseerd op honderden interviews met fanatieke supporters over de hele wereld.
Banden met de politiek
Maar de ultra’s hebben niet alleen vijanden. Het bekendste voorbeeld van nauwe en warme banden tussen voetbal en de politiek is natuurlijk de Hongaarse premier Viktor Orbán, die Hongaarse clubs en stadions in binnen- en buitenland subsidieert. De nationalistische president van Servië, Aleksandar Vučić, claimt actief te zijn geweest bij de Delije, de ultra’s van Rode Ster Belgrado. Hij ondersteunt de club waar hij kan. ‘Vučić is de politieke vleugel van hooligans’, aldus de Servische onderzoeksjournalist Slobodan Georgiev, ‘net als met Sinn Féin en de IRA’. De beruchte oorlogsmisdadiger “Arkan” rekruteerde tijdens de Joegoslavische onafhankelijkheidsoorlogen soldaten op de noordtribune.
Montague beschrijft meer voorbeelden van ultragroepen in Oost-Europa die dicht tegen de politiek aanschurken en soms zelfs betrokken zijn bij criminele activiteiten. De Shakhtar Donetsk-ultra’s steunden de Maidanrevolutie in Oekraïne in 2014. En volgens Montague kwam 65% van de Azov-strijders die in 2022 in Marioepol streden tegen de Russische invasie uit de wereld van de ultra’s. Banden van ultra’s met de mafia in Albanië en Kroatië zijn genoegzaam bekend.
Trends
Er zijn de afgelopen jaren enkele trends waarneembaar. Ten eerste de groeiende populariteit van social media. Ultras gebruiken sociale media om te communiceren, te organiseren en om hun boodschap te verspreiden. Dit heeft geleid tot een snellere verspreiding van ultrasculturen en een toename van het aantal nieuwe groepen.
Tegelijkertijd is ook een verjonging van de ultrascene waar te nemen. Steeds meer jongeren sluiten zich aan bij ultrasgroepen. Dit heeft geleid tot een vernieuwde dynamiek binnen de beweging. Bovendien werken ultras uit verschillende landen vaker samen en beïnvloeden elkaar, waardoor de ultrascene steeds meer internationaliseert.
De geschiedenis, trends en invloed van ultraculturen worden door Montague van binnenuit in een meeslepende stijl beschreven. Tussen de Ultra’s is dan ook een absolute aanrader!