Puskás Akadémia: speeltje van premier Viktor Orbán
In de Hongaarse plaats Felcsút speelt de club Puskás Akadémia. De club bevindt zich pal naast het zomerhuis van de controversiële premier Viktor Orbán, die al jarenlang aan de macht is in Hongarije. Zijn liefde voor voetbal is groots en Puskás Akadémia is zijn speeltje. Ik bracht een bezoek aan de adembenemende Pancho Aréna om de topper tegen kampioen Ferencváros te zien. In het stadion passen dubbel zoveel inwoners als Felcsút zelf heeft. Uiteraard is premier Orbán ook aanwezig in de VIP I.
Voetballende premier
In het jaar 1999 wist Felcsút FC de spits en premier van het land Viktor Orbán te strikken. Naast het bedrijven van politiek hield hij altijd vast aan zijn hobby om op het veld te staan. Orbán is een echte liefhebber van het spelletje. Vanaf zijn komst gaat het gestaag met de zesde divisionist uit het kleine Felcsút, een plaats waar zo’n 1.600 mensen wonen. Promoties volgden en verrassend genoeg werd de club door de nationale bond aangewezen als regionaal ontwikkelcentrum voor de jeugd, ondanks dat er eigenlijk geen enkel noemenswaardig groot dorp in de buurt ligt.
Wanneer Orbán de nieuwe landelijke verkiezingen van 2002 verliest, heeft hij meer tijd om op het veld te staan. Met zijn politieke invloed weet hij de volgende jaren rijke sponsors te werven voor zijn team en speelt de veertiger nog steeds wedstrijden in de spits. In professionele bekerduels valt hij vooral als supersub in. Wanneer Felcsút FC in 2005 naar het tweede niveau van Hongarije promoveert, hangt de 42-jarige Orbán de voetbalschoenen in de wilgen. Hij blijft wel betrokken op bestuurlijk niveau. Financiële stabiliteit bij Hongaarse voetbalclubs is schaars, maar Felcsút FC had daar geen enkel probleem mee: er is een constante zwerm aan sponsors die zich willen binden aan het team van de populaire Orbán. Onderstaande foto is afkomstig van FH:
Legende Ferenc Puskás
De politicus van de rechts-populistische partij Fidesz had zich ondertussen gerealiseerd dat een nieuwe voetbalacademie in Felcsút belangrijk zou zijn. Orbán wilde de jeugd hier op een professioneler niveau ontwikkelen en wist dit nieuwe project in 2006 rond te krijgen. Er moest alleen nog wel een passende naam gevonden worden. Eind dat jaar ligt de beste speler die Hongarije ooit heeft gekend op sterven. Ferenc Puskás wordt door Viktor Orbán opgezocht in het ziekenhuis en ze praten over het gebruiken van zijn naam. Orbán weet het voor elkaar te krijgen dat hij de naam mag gebruiken voor zijn nieuwe voetbalacademie en zo is de Puskás Akadémia geboren.
Bij de opening van de club maakt Orbán duidelijk dat het irrationeel is dat de plaats Felcsút een team heeft dat meedoet op het hoogste niveau. De focus zal liggen op het ontwikkelen van talenten en een stabiele middenmoter te worden in de tweede divisie. In het jaar 2010 wint Viktor Orbán met zijn partij Fidesz de verkiezingen met gemak en laat hij het formele management van Puskás Akadémia over aan een businessvriend. Ondanks dat Orbán duidelijk in een statement laat weten dat Felcsút geen stadion nodig heeft, ‘’omdat enkel grote steden stadions nodig hebben’’, worden in 2012 toch de plannen aangekondigd.
Pancho Aréna
Liefst 120 miljoen euro wordt er voor het stadion uitgetrokken door Puskás Akadémia, die claimen geen overheidsgelden te gebruiken. Via technische constructies en belastingtechnische slimmigheden krijgt de club het voor elkaar een stadion te bouwen. De prijswinnende architect Imre Makovecz gaat hiermee aan de slag. Orbán is zo vrijgevig om zijn landschap rond zijn zomerhuis in Felcsút te doneren aan de club. Het dure stadion van zijn zelfgecreëerde club komt in zijn achtertuin.
Omdat het nationale stadion van Hongarije in Budapest al de naam Ferenc Puskás draagt, moest een nieuwe naam worden gevonden. Daarom werd Puskás’ bijnaam ‘Pancho‘ gebruikt, zo werd hij liefkozend in Spanje genoemd tijdens zijn periode bij Real Madrid. Ook kreeg een vriend van Orbán het voor elkaar om een contract te sluiten met de weduwe van Puskás, zodat al zijn sportieve bezittingen naar de Pancho Aréna komen. Gedragen shirts, gewonnen medailles en andere historie kwamen naar Felcsút, een plek waar de legende Ferenc Puskás zelf nooit is geweest. De club waar hij zijn glorie mee kende in Hongarije, Honvéd Budapest, ziet met pijn in het hart dat alles van hun voormalige sterspeler ligt bij het pasgeboren Puskás Akadémia.
Orbán wil meer
Puskás Akadémia had het inmiddels moeilijk op het tweede niveau en besloot daarom een overeenkomst met Videoton te sluiten (nu MOL Fehérvár). Met de reserves van Videoton ging het een paar jaar aardig, maar dit was niet genoeg voor promotie. De overeenkomst werd stopgezet en in plaats van een focus op de jeugd kwamen er meer ervaren spelers en buitenlanders. In 2013 promoveerde het academieteam al naar het hoogste niveau, met liefst tien punten voorsprong. Slechts twee basisspelers van dit ‘academieteam’ kwamen werkelijk uit de academie, de rest was allemaal gekocht.
In het land sprak men schande van de promotie en er kwamen protesten. Iedereen wist dat de verbluffende opmars nooit helemaal zuiver heeft kunnen verlopen, maar de macht van Orbán is ongelimiteerd. Een paar jaar later degradeerde Puskás Akadémia en leek de rust terug te keren in de Hongaarse voetbalscène. De buitenlanders die in de Pancho Aréna speelden, vertrokken echter niet en de club haalde ervaren spelers die flink werden betaald. Puskás Akadémia keerde na dat seizoen direct terug op het hoogste niveau. Het budget werd verdubbeld via gekke constructies, zoals een nieuw sportcentrum van veertig miljoen en een keuken voor de jeugd van bijna een miljoen. De laatste jaren doet de club mee in de top van Hongarije en speelt het soms zelfs Europees. Op dit moment hebben enkel Ferencváros en MOL Féhérvar meer marktwaarde. Niemand kan Puskás Akadémia stoppen in Hongarije en niemand zou ook weten hoe.
Politieke situatie
Sinds ik politieke wetenschap studeer in Hongarije, wordt het in de klassen pijnlijk duidelijk hoe erg het gesteld is met de politiek in het land. De Hongaarse studenten zijn vaak emotioneel wanneer ze praten over Orbán en betreuren welke koers het land de laatste jaren is opgegaan. Sommigen studenten vertellen dat ze veel liever vertrekken naar het buitenland, naar landen waar tenminste nog wel een legitieme democratie gaande is. De vele nieuwe conservatieve wetten en het feit dat Europa het land zelfs niet langer als democratie ziet, is voor velen de druppel. De relatie met Europa lijkt dan ook niet lang meer te duren sinds de recente ontwikkelingen. Onder meer zie ik sinds oktober overal in Budapest posters hangen, met de tekst dat de Brusselse sancties een atoombom zijn voor Hongarije.
Stadion in niemandsland
Vandaag, zaterdag 22 oktober 2022, ben ik bij de topper tegen kampioen Ferencváros. Met een groepje vrienden komen we via de trein en een bus die speciaal lijkt ingezet uit in het niemandsland Felcsút. De Pancho Aréna is werkelijk adembenemend en nu begrijpen we waarom dit stadion zo vaak terug te vinden is in de lijstjes van de mooiste stadions ter wereld. Toevallig of niet is de Pancho Aréna ook nog eens het honderdste unieke stadion dat ik als Groundhopper bezoek, een mijlpaal.
Architect Imre Makovecz heeft een schitterend stadion laten bouwen. Het dak is het absolute hoogtepunt. Het is compleet gemaakt van sierlijk belicht hout. Aan de korte zijden kan bijna niemand zitten en komen de betonnen pilaren iets minder mooi uit, maar het bijzondere dak maakt dat allemaal goed. De buitenkant heeft weg van de Efteling en van binnen krijg je voordat de wedstrijd begint een beetje het gevoel dat je bij een kerkdienst zit. Er passen slechts 3.816 mensen in de indrukwekkende Pancho Aréna: het is dubbel zo groot als Felcsút zelf.
Orbán in de VIP-I
Een kaartje voor deze wedstrijd kost 800HUF (1.95 euro) per persoon en een halve liter bier is bijna even goedkoop. In het stadion staan in de hoeken wat Playstations waar mensen FIFA Street op kunnen spelen. Wanneer we om ons heen kijken op de tribune, wordt pijnlijk duidelijk dat zo’n tachtig procent van het stadion is gevuld met Ferencváros supporters. Puskás Akadémia heeft dus misschien hooguit 500 supporters. Dat is natuurlijk niet zo gek, want dat is al zo’n 1/3de van Felcsút en de dorpen eromheen zijn ook minuscuul. Het team is er eigenlijk maar voor één iemand en dat is de premier van het land.
Het uitvak zit ramvol en bezit een kwart van het stadion. De supporters van Ferencváros staan garant voor veel lawaai en daardoor is er toch nog sfeer in het stadion. Bij elk doelpunt voor de uitploeg juicht vrijwel het hele stadion, het is een rare gewaarwording. Voetbalfanaat Viktor Orbán is natuurlijk ook aanwezig bij de wedstrijd. Bij de parkeerplaats vinden we een map met daarop alle VIP-mensen. Enkel bij Orbán staat ‘VIP-I’, de rest van de elite heeft een lagere rang.
Nederlands tintje
Twee Nederlanders doen mee in de wedstrijd, ex-Heraclieden Yoëll van Nieff en Mats Knoester. Luciano Slagveer valt niet in. Van Nieff en Slagveer spelen allebei bij Puskás Akadémia, maar wonen in Budapest. Ze willen natuurlijk niet in Felcsút wonen. Zij hebben vast een mooi leven in de hoofdstad, met een goed salaris en mogen voetbalwedstrijden spelen in deze schitterende tempel. Dat de club zo duidelijk hand in hand lijkt te gaan met corruptie maakt ze vast weinig tot niets uit.
De wedstrijd is van een spectaculair niveau voor Hongaarse begrippen en naast goals is er mooi samenspel. In de rust vallen alle lichten uit voor onbekende reden, waardoor we een stuk later starten met de tweede helft. Uiteindelijk weet Ferencváros liefst vier keer te scoren, Puskás Akadémia twee keer. Vrijwel het hele stadion is uitbundig behalve Orbán en zijn maatjes: Fradi gaat ervandoor met de punten en loopt verder uit op de rest van de teams in de OTP Bank Liga.
Na de wedstrijd moeten we een uur op de eerste bus wachten, waardoor we besluiten bij de parkeerplaats te wachten op de spelers. Supporters willen met de spelers van Ferencváros op de foto, niemand met die van de thuisclub. Zou de premier van Nederland al denken aan een zelfgemaakte topclub in de achtertuin? Die absurditeit lijkt niet van deze wereld, maar in Hongarije is het de realiteit van de dag.
https://www.tiktok.com/@danielsenaxedal/video/7158464410351144197?is_copy_url=1&is_from_webapp=v1