Iedereen wil de Football Toerist zijn
In 2004 beleefde Joris van de Wier voor het eerst een Matchday in Engeland en sindsdien is hij er niet weg te slaan. Een kleine tien jaar na zijn vuurdoop bereikte hij een mijlpaal waar menig Engelsman jaloers op is: hij ‘had de 92 gedaan’. Tweeënnegentig maagden? Nee, voetbalwedstrijden. De mooiste ervaringen zijn gebundeld in een verhalenbundel.
Het had ook als bijkomstigheid dat ik in het holst van de nacht om 3 uur opstond en naar Zoetermeer reed om hem op te halen bij een obscuur bushokje. Als je dat achteraf vertelt, verklaren ze je voor gek. Het klinkt erg homo-erotisch, maar je moet er iets voor over hebben om Fratton Park in het echt te zien.
In het eerste hoofdstuk vertelt Joris over zijn eerste wedstrijd in Engeland, die hij samen met een internetvriend bezocht. Niemand kon bevroeden dat het eerste bezoek zou uitmonden in een prettige obsessie én een bijzondere prestatie: alle stadions in de vier profdivisies heeft hij gezien.
Het boek weet je al snel mee te sleuren in het ‘vincken’ – het bezoeken van wedstrijden. Enkele topclubs komen voorbij, maar Joris kiest vooral voor wedstrijden in rauwe, bouwvallige stadions waar het bier nog lauwer is dan je pis.
De schrijver laat in de beschrijvingen van het decor veel over voor de fantasie. Hij neemt je liever mee in het kameraadschap en de lol. De autorit, een stapavond met een getatoeëerde, halfnaakte jongedame met grote borsten. Je gaat mee op reis, van begin tot eind.
De reisleider is uiterst geschikt voor ons (wij simpele voetballiefhebbers). Hij vertelt alles op een laagdrempelige manier en raakt daarmee de juiste snaar. Bepaalde taferelen worden uitvergroot en aangedikt, zonder dat het teveel wordt – een gemakkelijke valkuil. Alleen de overdrijving over het vieze eten is iets too much. Daarnaast is het boek doordrenkt van humor. Wie een paar hoofdstukken achter de kiezen heeft, ziet er al naar uit om een keer met Joris mee te gaan: gegarandeerd lachen.
Ieder hoofdstuk bestaat uit een combinatie van anekdotes uit het verleden, historische opmerkelijkheden en persoonlijke observaties. De wedstrijd speelt een figurantenrol. Vooral de verhalen over vroeger zijn geniaal.
Zo onthult Joris waarom Adolf Hitler de stad Portsmouth trots maakte en weet hij zelfs over de vete tussen Millwall en West Ham nieuwe dingen te vertellen. Bij iedere club komen de meest memorabele momenten naar voren. Over de halve finale FA-cup van 1954: “Daarin verloor Port Vale op dubieuze wijze van West Bromwich Albion. Een glaszuivere treffer van The Valiants werd afgekeurd, iets wat de oudere fans nog altijd dwarszit.”
Die verhalen over vroeger spreken wellicht het meest tot de verbeelding. De Football Toerist is niet alleen een voetbalmarathon, maar ook een geschiedenisboek. Dat lijkt saai, maar is het absoluut niet. Joris beschrijft de leukste anekdotes alsof hij er zelf bij was.
De anekdotes vliegen om je oren. Over de legendarische eigenaar Stan Flashman: “Hij betaalde zijn spelers met zwart geld, bedreigde fans als ze kritiek op hem hadden en zette bijna maandelijks Barry Fry, de manager van Barnet, op straat. Vaak had hij daar een dag later alweer spijt van en nam Fry weer aan.”
Veel weten is geen kunst; zorgen dat je tekst boeit en blijft boeien – daarin schuilt de kracht van een goede schrijver. De Football Toerist is zo’n boek en als je eenmaal begint met lezen kun je ook niet meer stoppen.
De Football Toerist is een geactualiseerde uitgave (met foto’s) van het veelgeprezen Terraces and Floodlights dat Joris eerder zelf uit heeft gebracht.