De Nederlandse voetbalcultuur verdient meer waardering
Nederlandse voetbalsupporters kijken vaak jaloers naar Duitsland en Engeland, vanwege de supportersbeleving en de manier hoe het voetbal daar leeft. Het gras bij de buren lijkt groener. Maar is dat wel terecht? Hoe eerlijk is die vergelijking eigenlijk? Nederland heeft een rijke supporterscultuur waarin de stadions wekelijks vol zitten. In iedere uithoek van het land wordt gevoetbald en uitvakken zijn structureel uitverkocht. Toch lijken we onze eigen voetbalcultuur minder te waarderen.
Bezettingsgraad en trouw publiek
In de Eredivisie speelt vrijwel elke club de thuiswedstrijden in een nagenoeg vol stadion. Bijna alle clubs hebben een bezettingsgraad van meer dan 80% per wedstrijd. Bij de meeste clubs gaat het slechts om enkele lege plaatsen.
Natuurlijk is het prachtig om te zien dat er in Engeland en Duitsland ook op de lage niveaus clubs zijn die enorm veel toeschouwers trekken, al is het wel goed om te kijken naar de inwonersaantallen van de steden waar zulke clubs spelen. Er wonen in Engeland drie keer zoveel mensen als in Nederland, in Duitsland is dat ongeveer vijf keer zo veel.
In plaats van te kijken naar hoe het er elders aan toegaat, zouden we ook kunnen waarderen hoe het voetbal in Nederland leeft. In steden als Deventer (103.000 inwoners), Alkmaar (92.000) en Almelo (73.000) komen om de week respectievelijk 10.000, 18.000 en 11.000 supporters naar het stadion. Dat zijn mooie aantallen voor plaatsen van dergelijke grootte. En wat te denken van Heerenveen? Een plek met 30.000 inwoners waar er gemiddeld 23.000 mensen naar het Abe Lenstra Stadion komen. Zulke cijfers laten zien hoe diep het voetbal in Nederland geworteld is.
Op de lagere niveaus zijn er clubs die al jaren niet meedoen om de prijzen en weinig hoop hebben om te promoveren. Toch zijn er bij die clubs zo’n 2.000 tot 4.000 aanwezigen bij hun wedstrijden. Ondanks tegenvallende prestaties is er een trouwe kern die achter de lokale trots blijft staan.
Duitse vrijheid en Nederlandse betutteling
In Duitsland is het een prachtig gezicht: duizenden supporters die een uitwedstrijd bezoeken en een complete tribune krijgen. Ze kunnen met vrij vervoer reizen, zelf bepalen hoe laat ze vertrekken en hebben nauwelijks restricties in en rond de stadions.
In Nederland is dat een heel ander verhaal. Hier krijgen supporters beperkingen als buscombi’s, verplichte rijroutes, omwisselpunten en zelfs een gelimiteerd aantal consumpties. Nog geen honderd supporters van Telstar mogen de binnenstad van Maastricht niet in, de aanhang van FC Emmen mag niet met de auto naar Helmond. Het bezoeken van uitwedstrijden wordt in Nederland niet bepaald aantrekkelijk gemaakt en toch laat de aanhang van clubs zich niet uit de weg slaan.
Dit soort maatregelen zou in Duitsland ondenkbaar zijn. Desondanks blijven Nederlandse supporters hun club achterna reizen. In de Eredivisie zijn er veel clubs die regelmatig alle kaarten voor een uitvak afnemen. Weer of geen weer, zaterdagavond of zondagavond; honderden supporters zitten toch weer in het uitvak.
De Engelse sfeer
Engelse stadions worden vaak geroemd om hun sfeer. Volgepakte tribunes, gepassioneerd gezang en een voetbalcultuur die diep in de samenleving zit. Maar wie verder kijkt dan de dat, ziet een ander beeld. In de Premier League worden ticketprijzen steeds hoger, staanplaatsen bestaan al decennialang niet meer en bij veel clubs heerst een toeristische sfeer. Zelfs in de Championship zijn de prijzen stevig, en bij lagere divisies is de bezettingsgraad niet altijd indrukwekkend. Nederlandse clubs hebben relatief lage ticketprijzen en een hoge stadionbezetting. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, maar het idee dat Engeland op alle fronten een superieure sfeer heeft, is vooral gebaseerd op nostalgie en de beleving bij een aantal clubs.
Trots op eigen cultuur
Voetbal is in Nederland volkssport nummer één en het land kent zo’n tien miljoen voetballiefhebbers. Nederland telt meer dan een miljoen voetballende leden en dat aantal blijft groeien. Van de jongste jeugd tot de veteranen, van G-voetbal tot vrijdagavondrecreanten: voetbal is de absolute volkssport van Nederland waar alle lagen van de maatschappij aan meedoen.
Het maakt niet uit waar je bent in Nederland, overal zul je wel voetbalvelden tegenkomen. Zelfs in gehuchten waar nog geen 3.000 man woont is er vaak een complex van één of twee velden van de lokale sportvereniging.
Voetbal hoort bij de Nederlandse cultuur, net zo goed als dat in Engeland of Duitsland het geval is. Alleen vergeten we dat soms. De beleving in Duitsland en Engeland is prachtig, daar hoeven we niet over te twisten. Maar een vergelijking met Nederland is niet altijd op zijn plaats. Duitsland heeft een veel groter inwonersaantal. De voetbalpiramide is logischerwijs veel groter en er zijn minder beperkende regels. Engeland heeft een rijke geschiedenis, maar worstelt met stijgende prijzen en een veranderende stadioncultuur.
Laten we stoppen met altijd naar het buitenland te kijken. Nederland ademt voetbal, maar we zijn er zelf nog te bescheiden over.
Alle foto’s in dit artikel zijn gemaakt door Sander Wesdijk, op zijn website vind je meer!