Benfica B: Voetballen op een spooklocatie
Zoals bekend, zijn we niet bepaald weg van beloftenelftallen. Benfica B voldoet aan nagenoeg alle stereotyperingen die belofteteams hebben. De thuisbasis ligt echter op een bijzondere plek, ver van de stad en haar bruisende mensenverkeer. Een spookachtig gebied zorgt in ieder geval voor een ervaring om niet te vergeten.
Wonderschone reis
Op vrijdag landen en diezelfde avond om 18.00 de aftrap. Met een slaapplek midden in het centrum van Lissabon is het sowieso handig om tijdig te vertrekken. De metro brengt ons bij Cais do Sodré. Vanaf dit punt kan je eigenlijk alle kanten op. Het treinstation wordt hier vaak gebruikt door mensen die dagelijks naar hun werk gaan. De buurt kent ook een vissersverleden, iets dat vandaag de dag nog terug is te zien op straat. Diverse visrestaurants kenmerken het gebied.
Ik pak in ieder geval niet de trein, maar de pont naar de overkant. Benfica B is namelijk gelegen op Seixal, een gemeente met ongeveer 200.000 inwoners. In de 14e en 15e eeuw is deze plek gekozen voor de vestiging van scheepswerven. Voor zo’n 5 euro kan je de Taag over en weer terug. Mijn timing is in ieder geval perfect. De zon is aan het dalen en deze ondergang siert het grote Christusbeeld op een heuvel in de verte: Cristo-Rei. Vanuit de overdekte pont geniet ik van de vaart. Ontsnappen van de toeristen is ook wel even lekker.
Seixal
Balend dat de vaart maar 15 minuten duurde, arriveer ik op Seixal. De andere 20 passagiers worden óf opgehaald door bekenden óf zij hebben de auto geparkeerd staan bij de terminal, zodat ze direct door kunnen naar huis. Waarschijnlijk na een lange werkdag. Ik verwerk op dat moment de indrukken van het nagenoeg verlaten gebied. Weinig geluid, maar toch bijzonder. Als de laatste auto uit zicht verdwijnt, wordt de looproute van twaalf minuten richting het stadionnetje ingezet. Ik passeer oude, leegstaande panden die een stukje geschiedenis over het land blazen. Terwijl de zon langzaam verdwijnt, hebben de wolken zin om elkaar op te zoeken.
Na 5 minuten lopen stop ik. Links van mij is een fantastisch panorama te zien. Aangezien ik aan de overkant van de Taag sta, heb ik een schitterend uitzicht op de skyline van Lissabon. En dat zonder een moment last te hebben van toeristen. Sterker nog, er is geen hond op straat. Als ik dichter bij het water probeer te komen, merk ik dat er nog twee mensen van het uitzicht aan het genieten zijn. Een stelletje in een klein koekblikje op vier wielen loopt elkaar volledig af te bekken. Ik zet mijn mars weer voort.
Caixa Futebol Campus. Dat valt te lezen op verkeersborden bij een rotonde. Voor mij zijn ze in ieder geval overbodig, want de lichtmasten heb ik een aantal meter terug al gespot. Benfica B gebruikt het trainingscomplex gewoon als thuisbasis. Vandaag mag Varzim op bezoek komen, een club die op zo’n 3.5 uur rijden ligt (tussen Porto en Braga). De afstand weerhoudt een groep van ongeveer 30 man niet om af te reizen naar Lissabon.
Bij de kassa’s staan wat oude locals met elkaar te praten voordat de wedstrijd begint. Ondertussen heb ik een kaartje voor 5 euro bemachtigd. Een wandelingetje langs een aantal trainingsvelden brengt me bij de hoofdtribune van de club. Een aantal agenten gelooft het allemaal wel en ik mag dan ook zonder poespas naar binnen. De hoofdtribune is hagelnieuw en lelijk. De tribune aan de rechterkant ziet er qua bouwstijl wel meer Mediterraans uit, maar deze is vanavond helaas niet toegankelijk voor publiek.
Vermakelijke pot
Als de wedstrijd wordt afgetrapt, laten de uitsupporters van zich horen. De vocale geluidsstromen galmen door de tribune. Een vrouwelijke steward kan er wel om lachen, vooral als ze ziet dat een paar een slokje teveel op hebben. Op de rest van de hoofdtribune zitten vooral oudjes en misschien enkele vrienden van de spelers van Benfica B. In Portugal is het sowieso niet gek dat stadions bij lange na niet zijn uitverkocht, laat staan op het tweede niveau.
De steun vanuit het uitvak mag tot nog toe niet baten, want na enkele minuten komen de beloften op voorsprong. Tóch weet Varzim de achterstand nog voor rust om te buigen in een 1-2 voorsprong.
Met de Nederlanders Frimpong (uit de Sparta-jeugd) en Ebuehi (ex-ADO) in de gelederen, zoekt Benfica volop de aanval in de tweede helft. Eerstgenoemde heeft een aandeel in de comeback door de 3-2 te maken. Als de gelijkmaker 2 minuten later valt, ontploft het uitvakje. Wat een gekke wedstrijd is dit geworden. De spelers lijken het welletjes te vinden en spelen de wedstrijd uit. Die uitstraling lijk ik al vanaf het begin te zien bij de thuisploeg. Onverschilligheid en arrogantie. Ze doen natuurlijk liever mee met de hoofdmacht in plaats van deze (voor hen) nietszeggende competitie. De stewards lijken het stadion snel leeg te willen hebben, want ik word niet eens 3 minuten na het laatste fluitsignaal verzocht om de uitgang op te zoeken.
Zo bewijst ook Benfica B dat een belofteteam niet in een betaald voetbalcompetitie hoort te spelen. 11 egootjes voetballen tegen hun zin in voor enkele mensen op een spookachtige locatie. Zo sfeerloos als een verlepte kamerplant. Gelukkig zijn er ook supporters en spelers die wel passie tonen, zoals die van Varzim. Of ze nou tegen belofteteams moeten spelen, uit of thuis. Zij geven in ieder geval nog het goede voorbeeld van voetbalbeleving.