De meest gehate voetbalploeg van Oost-Duitsland
De oppervlakte van Berlijn bedraagt meer dan 800 km2. De afgelopen week bevond ik mij op één hectare van die oneindige bak aan vierkante kilometers. Het voetbalveld van de meest gehate voetbalploeg uit de voormalige DDR. Bij toeval geraakte ik daar, op fietstocht van de Weißensee naar Hohenschönhausen. Buigend naar links beland je via het Olympisch steunpunt van Duitsland onverhoeds op het Sportforum. Het voetbalstadion gedurende langere tijd van de BFC Dynamo Berlin. De beruchte voetbalclub met als voorzitter de chef van de Staatsveiligheidsdienst, Erich Mielke. Een stadion als relikwie uit een vreemd verleden.
In Berlijn heeft die geschiedenis behoorlijk huisgehouden. WO I is dan wel aan de stad voorbij gegaan, afgezien van enkele revolutietjes, maar WO II heeft de stad behoorlijk verwoest. Maar langdurige impact heeft vooral de scheiding tussen Oost en West Berlijn gehad op het voetballeven in de stad. In de periode na WO II en tot in ieder geval 1989 was het voetbal in Berlijn verdeeld in twee compartimenten. De competities verschilden, en niet onbelangrijk, de staat bemoeide zich in Oost Berlijn op een geheel andere wijze met het voetbal en ook de supporters dan in het westelijk deel. Voetbal was uiteraard voor het oostblok het uithangbord voor de superieure socialistische politiek.
In West-Duitsland ontstond begin jaren zestig de succesvolle Bundesliga. In Oost-Duitsland werd er behoorlijk geëxperimenteerd met de nationale competitie. Dat had vooral ermee te maken dat de Oost-Duitse voetbalsuccessen niet zo denderend waren. Bij de atletiek en andere individuele sporten boekte het socialisme redelijke successen. Voetbal bleef achter. Daarbij moet worden opgemerkt dat sport in Oost Duitsland verbonden was met de industrie. De socialistische sporter was allereerst werknemer in dienst van een industrietak in de geleide planeconomie.
Ploegen hadden namen als SV Traktor, SV Motor. Het waren Betriebssportgemeinschaften (BSG). Vanwege de teleurstellende prestaties van het Oost-Duitse voetbal besloot de voetbalbond de topspelers bij elkaar te brengen in de zogenoemde sportclubs (SC). Ook werden sportclubs kwistig over het land uitgestrooid. Zo kon het gebeuren dat de toppers van Dynamo Dresden zichzelf plotsklaps terugvonden in de hoofdstad Berlijn. Het voetbal werd meer en meer een aangelegenheid van de staat en organen als de volkspolitie, het leger, de veiligheidsdienst kregen eigen voetbalteams.
Kortom, de landkaart van het Oost-Duitse voetbal was beweeglijk en veranderde voortdurend door de grilligheid van de machtige staatsdienaren. Erich Mielke, het hoofd van de staatsveiligheidsdienst (Stasi), hield als voorzitter nauwlettend de belangen van zijn uit Dresden overgekomen Dynamo Berlin in de gaten. Deze spionage expert wist beroepsmatig veel over het privé leven van spelers, scheidsrechters en kon op meerdere wijzen (minder) subtiel invloed uit oefenen. Ook schrok hij er niet voor terug de uitkomst van wedstrijden te manipuleren. Dat deed hij zo frequent en op gezette tijden zo opzichtig dat de BFC de meest gehate ploeg uit Oost Duitsland werd.
Internationaal stelde de BFC Dynamo Berlin weinig voor, ondanks enkele optredens in de Europa Cup. Nationaal was kampioenschap bijna een automatisme. De toeschouwersaantallen waren laag. Dynamo uit Dresden, op een vreemde manier (zie boven) de grondlegger van BFC Dynamo Berlin, kreeg het dubbele aantal toeschouwers bij de thuiswedstrijden. BFC Dynamo Berlin werd door het publiek gezien als een Betriebssportgemeinschaft van de Staatssicherheit. Het keurkorps van de gevreesde chef van de staatsveiligheid, Erich Mielke. Bij de Europese wedstrijden werd het thuispubliek helemaal buitenspel gezet. Gevreesde ‘Unbeliebsame Elemente’ werden geweerd en de gehele tribune zat vol met door de veiligheidsdienst bestelde functionarissen. Van vrije verkoop van tickets was geen sprake.
En nu stond ik in het thuishonk van de ex Stasi ploeg, op die speldenknop verweerd groen in een oneindig groot Berlijn. Het stadion biedt een mirakelse aanblik. De tribunes zijn nog goed waarneembaar, het scorebord geeft nog netjes Heim en Gäste aan. Het onkruid tiert welig, de zittribune is geheel afgerasterd. En de spelerstunnel is van een ontroerende schoonheid. Je weet niet waarvandaan de spelers komen en eigenlijk ook niet waar ze heen gaan. Op het veld ligt een waterslang, aangesloten op een roestig aftappunt.
Hier speelde de meest gehate ploeg van Oost Duitsland. Hier deden zich de malversaties voor. Hier was meer dan gemiddeld sprake van scheidsrechterlijke dwalingen, werd het eindsignaal uitgesteld om BFC de kans te geven de gelijkmaker of winnende treffer te scoren, stond de tegenstander verschrikkelijk vaak buitenspel. En, was Erich Mielke duidelijk en prominent in persoon aanwezig. De man die bijna alles van iedereen wist.
Op het veld scharrelt met mij een jonge Deen. Hij vertelt dat hij hier zeven jaar geleden de finale van een juniorentoernooi speelde voor volle tribunes. Hij maakt foto’s , net als ik. BFC Dynamo Berlin speelt vanaf dit seizoen geheel in het Friedrich Ludwig Jahn Stadion in Prenzlauerberg, vlakbij de plek waar vroeger de Muur Oost en West scheidde. Symbolischer kan eigenlijk niet.