Amateurvoetbal

De Plaatselijke FC #3: Nostalgisch Kozakken Boys groeit uit jasje

Profiteer als In de Hekken supporter van 15% korting op het gehele assortiment van PGWEAR. Gebruik de code indehekken bij het afrekenen en je korting wordt direct verrekend (niet te combineren met andere kortingen)!

Een historie die meer dan tweehonderd jaar terug gaat in de tijd. Het zijn niet veel voetbalclubs gegeven. Toch speelt er een club in de Tweede Divisie, die zijn naam te danken heeft aan een gebeurtenis uit het verre, verre verleden. Kozakken Boys. Pak een glaasje wodka, want de Kozakken komen eraan. Na zdorovje!

‘Vreemde mannen’

De Merwede. Het is de riviergrens van de Waal, tussen Zuid-Holland en Noord-Brabant. Misschien herken je het woord Merwede wel ergens van? Ik tenminste van die vreselijke verkeersbrug waar ‘altijd wat’ is. Gelukkig hoef ik er niet overheen te rijden. Afijn. Ik neem de afslag naar Werkendam. Rijdend over de uiterwaarden van de Merwede besef ik mij opeens dat het ongeveer hier geweest moest zijn, meer dan tweehonderd jaar geleden. In 1813 kwamen Russische ruiters de inwoners van Werkendam bevrijden van de Fransen. De plaatselijke bevolking noemden de Russen ‘vreemde mannen op kleine paardjes’. Ook wel Kozakken genoemd. ,,Het waren huurlingen van de tsaar”, weet Ingmar Bax mij te vertellen. Ingmar Bax is de ‘alleskenner’ van Kozakken Boys. Kind van de club. Hij voetbalde er vanaf zijn zesde, maar stopte wegens lichamelijke klachten op zijn dertigste.

Daarna nam Bax direct plaats in de supportersvereniging. ,,Ik wilde koste wat het kost verbonden blijven aan de club”, vertelt hij in een telefonisch gesprek. Hij verdiepte zich in de club en weet veel van de Kozakken af. Hierdoor kan hij enorm veel vertellen over de historie van de club. Echter breekt hem dit ook op. Sinds dit jaar heeft hij even tijd voor zichzelf genomen. Hij wil er vooral zijn voor zijn gezin, want Bax zegt dat hij veel te druk was. ,,Eigenlijk ben ik al zo’n veertien jaar vrijwilliger bij Kozakken. Van hoofdbestuur tot de redactie van het clubblad. Van het oprichten van een stewardgroep tot het vlaggen bij mijn zoontje. Ik doe zelfs een soort Langs De Lijn-programma voor de regionale omroep hier.”

De hoofdtribune op Sportpark De Zwaaier.

‘T Baxke

Een deel van de geschiedenis van de club heeft een vaste stek gekregen op het huidige sportpark. Een aandenken. Een plek met emotionele waarde voor Bax. Zijn vader is in verschillende hoedanigheden actief geweest voor de club. ,,In de hoek, aan de kant van de hoofdtribune staat een koffiecorner. Het bestond al en had al een naam, maar na het overlijden van mijn pa is het omgedoopt tot koffiecorner ’T Baxke’. Mijn favoriete plek op dit sportpark. Ik loop eigenlijk altijd direct hierheen als ik De Zwaaier op loop.”

Ondanks de fijne plek voor Ingmar op het huidige sportpark, heeft de club in het verleden meerdere malen een thuisbasis eigen moeten maken. Bijzondere plekken creëren. Dat begon in 1932. Toen werd SVW opgericht. Steeds Voorwaarts Werkendam bleek geen originele naam te zijn, want er bestond al een vereniging met de naam SVW. In 1935 werd de naam gewijzigd naar Kozakken Boys. Via de Kozakkenstoep is de club verhuisd naar De Vierlaan. Zeer nodig, want als de Merwede toentertijd bezit nam van de uiterwaarden, kon je beter waterpoloën dan voetballen. De vereniging werd groter, populairder en groeide uit het welbekende jasje. Na jaren steggelen werd er met de gemeente een overeenstemming bereikt. De club mocht niet meer uitbreiden op de huidige locatie, waardoor de Kozakken in 2001 vertrokken naar Sportpark De Zwaaier. En daar stonden gerenommeerde namen op. Maar verlieten bijzondere mensen ook het leven. Waaronder Nico Hoegee.

Koffiecorner ‘T Baxke. De speciale plek op het sportpark voor Ingmar Bax.

Ketsen op de Pieternella

,,Nico Hoegee. Toevallig de opa van mijn baas. Hij kon heerlijk vertellen over vroeger. Vaak kwam hij langs op de zaak, ging ‘ie in de kantine zitten en vertelde alles over vroeger”, zegt Bax. ,,Eind jaren ’30 moest Kozakken Boys een wedstrijd spelen tegen Oranje Wit, aan de overkant van het water, in Dordrecht. Nico Hoegee was toen hooguit een jaar of twintig, maar hij had al zijn eigen vrachtschip. Geërfd van zijn te vroeg overleden vader. Bijna veertig meter lang. Maar bijna niemand had in die tijd het vervoer om naar de uitwedstrijd te gaan. Het bestuur van de club had lucht gekregen van het vrachtschip van Hoegee. Of de beste man zijn schip beschikbaar wilde stellen voor de voetbalclub. Nico stemde in, waardoor er meer dan honderd supporters op het schip mee voeren.”

De Kozakken wonnen met 0-4 en het ‘in de hekken hangen’ werd voor éénmalig ingeruild voor het ‘op de luiken hangen’. ,,Legendarisch. De sfeer zat er blijkbaar goed in, mensen waren dolenthousiast op de boot. Supporters sprongen op de luiken. Hoegee waarschuwde de mensen nog dat ze rustig aan moesten doen, want anders zakten zij zo door het ruim heen. Even was het rustig, maar hoe dichter het schip bij Werkendam kwam, hoe luidruchtiger het feestje werd. Mensen zakten daadwerkelijk door het ruim heen”, vertelt Bax lachend.

Maar ik voel dat er nog iets achter zit. Ingmar krijgt de slappe lach. ,,Wat is er?”, vraag ik lachend. ,,De mensen die door het ruim vielen hielden alleen wat kleerscheuren over. Toch waren er twee licht gewonden. Er lag een vrijend stel onder het ruim. Och, wat geniaal”, vertelt Bax lachend. Het is inderdaad een verhaal voor in de boeken. Een klassieker!

Hoegee groeide in al die jaren uit tot een boegbeeld bij Kozakken Boys. Zijn actie met zijn vrachtschip kreeg nog een vervolg. Als dank werd er speciaal voor hem een boottocht georganiseerd. Via de Biesbosch, door naar de Linge, met als eindpunt Leerdam. Het werd de tweede uitwedstrijd ooit die per boot bezocht werd. ,,Een soort eretocht voor hem. Nog één keer een uitwedstrijd beleven met een boottocht vooraf.” Net als toen, konden er ongeveer honderd supporters mee op de boot. Iedereen gekleed als een Kozak. ,,Werelds. Dat verdiende hij ook”, is Bax van mening. ,,Ik ga nog even in mijn eigen archief duiken voor je. Volgens mij heb ik nog genoeg foto’s van vroeger.” Nico Hoegee overleed op 98-jarige leeftijd.

Nico Hoegee op de speciaal voor hem georganiseerde boottocht naar de uitwedstrijd tegen LRC in Leerdam. De supporters allemaal gekleed als Kozakken. Foto uit archief van Ingmar Bax.

‘Het woordenboek van idioten’

Wellicht ben ik het niet gewend. of stel ik mij aan. Maar het is zo koud en het waait zo hard in Werkendam, dat ik met tegenzin de auto uitstap. Na een paar foto’s te hebben gemaakt van de entree van De Zwaaier, komt daar een busje aan. Er staat De Groene Mat op. Het is het bedrijfje van Eric van Wijk. Sinds kort is hij gestopt met zijn werkzaamheden bij Kozakken Boys om van zijn bedrijfje een ‘fulltime job’ te maken. ,,Kom, gauw naar binnen”, schreeuwt hij. Eindelijk. ,,Koffie?”, vraagt Eric. Doe mij maar een baxke, Eric. ,,Ik ben dan wel gestopt, maar ik heb de complexsleutel nog. Vertel het maar niet door”, zegt hij gekscherend.

We nemen plaats in het businesshome. Verschillende shirtjes van profclubs hangen met trots aan de wand. ,,Och, wat een geregel was dat. Begrijp mij niet verkeerd, het is geweldig als clubs als Ajax, AZ en sc Heerenveen langskomen, hoor. Heel Werkendam loopt uit. Dat is direct ook de keerzijde. Noodtribunes, duizenden bezoekers. Politie, brandweer en hulpdiensten hadden een plek nodig. Tijdens de laatste bekerwedstrijd tegen Ajax werkte ik figuurlijk acht dagen in een week.” Het geeft nog maar eens aan dat De Zwaaier al weer te klein wordt voor Kozakken Boys.

Van Wijk neemt mij mee naar beneden. Via de kantine lopen wij naar de kleedkamers. Bouwplaats is een groot woord. Maar de club ruilt zijn jasje in voor een grotere maat. Waarschijnlijk van L naar XL. ,,Hierachter komen extra kleedkamers. Daarnaast wordt er een lift gebouwd. Als dat klaar is kunnen wij het businesshome doortrekken, waardoor er weer extra ruimte vrijkomt”, zegt Van Wijk. Verder naar de kleedkamer van ‘het eerste’.

Hoofdtrainer is Danny Buijs, altijd voorop in de strijd. Ik ken hem nog van zijn tijd bij mijn cluppie, Feyenoord. Geen spat anders als ik nu interviews van hem zie. Hij heeft ook de nodige aanmoedigingskreten opgehangen in de kleedkamer. ‘Onmogelijk is een woord dat je alleen tegenkomt in het woordenboek van idioten’. Het geeft aan dat de club bezig is om de beste te worden in de Tweede Divisie. Samen met VV Katwijk strijdt het om de titel.

Via de kleedkamers naar het hoofdveld. Gokje, over dertig jaar is de entree naar het hoofdveld cult geworden. Vanuit de schacht kijk je uit op de staantribune. Een heerlijk gezicht. ,,De staantribune hebben wij met man en macht zelf opgebouwd. Heerlijk plekje om tijdens de wedstrijd te staan. Ook het uitvak is zelf gemaakt. Verstelbaar zelfs. Wat een luxe, haha”, zegt Van Wijk.

De staantribune van Kozakken Boys. Zelfgebouwd. Vele handen maken licht werk.

Nieuw leven

Voordat wij weggaan merk ik het hek op bij de entree. ,,Daar hangt nog een mooi verhaal aan”, zegt Eric. ,,Tijdens de verhuizing van De Vierlaan naar De Zwaaier, raakte het entreehek kwijt. Iedereen dacht dat het bij het oud vuil of bij de oudijzerboer zou staan. Bleek het bij een oud-bestuurslid in de achtertuin te staan. Zo blij als een kind mocht ik samen met een team het hek opknappen en een nieuw leven geven op De Zwaaier. Het geeft de nodige sfeer aan het sportpark.”

En net als het hek krijgt het complex ook weer nieuw leven. Kozakken Boys wordt groot. Ik noem het een volwassen amateurclub. De Kozakken gaan verder op jacht. Een groter complex, standaard bovenin de competitie meedraaien, de Werkendammers prachtig voetbal voorschotelen en wellicht: de Tweede Divisie winnen. Maar dat kan niet zonder de hulp van mensen zoals Eric van Wijk en Ingmar Bax. De een heeft een pronkstuk met een hek, de ander gaat met trots een ‘baxke koffie’ halen bij ’T Baxke’. En zo heeft ieder zijn verhaal bij Kozakken Boys, maar de verhalen van deze twee mannen zijn erg bijzonder. Bedankt heren!

Het historische hek. Zoekgeraakt na de verhuizing van De Vierlaan naar De Zwaaier. Nu pronkt ‘ie van nostalgie.

Dit is een verhaal uit de serie De Plaatselijke FC. Klik hier voor alle verhalen van deze serie.

Jeroen Achtereekte
In De Plaatselijke FC bezoek ik, Jeroen Achtereekte, iedere week een club uit de Tweede Divisie. Ik wil cultuur proeven, het gras ruiken en de succesverhalen van de tribunes en alles rondom de club beschrijven. Het gaat mij niet om de wedstrijd. Of de shirtsponsor. Of hoe de club bepaalde spelers aantrekt. Ik wil beschrijven wat supportersgroepen van clubs uit de Tweede Divisie clubs doen, hoeveel tijd vrijwilligers iedere week in de club steken, en wat de hotspot van iedere 'plaatselijke FC' is. Tradities, stadioncultuur, bijgeloven. Kortom, alles wat de club uniek maakt.

Ook leuk om te lezen

Reageren is niet mogelijk.

Volgende artikel:

0 %