Een echt noemenswaardige geschiedenis heeft FC Zug niet. Gelegen in een slaperig welvaartsstadje ligt de focus van de stad veel meer op ijshockey. De semiprofessionele voetbalclub kan maar op weinig liefde rekenen bij de inwoners. Toch bezit het Stadion Herti Allmend een schitterende grote hoofdtribune. Omdat wij vrijdagmiddag toch al in Zwitserland zijn voor de wedstrijden FC Luzern – Young Boys en Grashoppers – FC Basel besluiten we op de vrijdagavond om FC Zug maar eens met een bezoekje te vereren. We pakken de Zug naar Zug!
Binnen Zwitserland staat Zug vooral bekend als hét belastingparadijs van het land. Vanwege de voordelige belastingregels is de stad namelijk zo populair bij bedrijven dat het op papier meer bedrijven (27.000 in 2008) dan inwoners (25.000 in 2008) heeft. Hoewel het veelal om zogenoemde ‘postbussen’ gaat zijn er ook genoeg multinationals die daadwerkelijk hun intrek nemen in het Zwitserse stadje. Het heeft zijn weerga op de demografie van de stad. Er is bijna geen werkloosheid, vrijwel de gehele bevolking is hoogopgeleid en een groot deel van de inwoners zijn expats. Tijdens een wereldwijd onderzoek naar 83 verschillende steden kwam Zug naar voren als de stad met de hoogste levenskwaliteit. Dankzij het rustieke uitzicht over het meer en de bergen, het historische stadscentrum en de uitgestrekte boulevard is Zug dan ook de perfecte plaats om helemaal tot rust te komen. Toch voelt het tijdens ons bezoek allesbehalve toeristisch aan. Niet vreemd dat een Australische reisblogger de stad uitriep tot “the best kept secret of Switzerland”.
De ijshockeystad
Een voetbalstad is Zug echter niet. Sterker nog, de lokale FC staat in de schaduw van een andere sport. Zug is ijshockeygek. EV Zug is de trots van de stad en de ijshockeyers hebben hun eigen clubshop in het centrum van Zug. Niet vreemd gezien de sportieve prestaties. Na een bekerwinst in 2019 werd in het afgelopen seizoen voor de tweede maal in de geschiedenis beslag gelegd op het landskampioenschap. De voetballers staan niet alleen figuurlijk in de schaduw van de regerend ijshockeylandskampioen. De grote en moderne Bossard Arena die plaats biedt aan meer dan 7.000 supporters ligt pal naast het Stadion Herti Allmend van FC Zug 94. Het contrast tussen beide locaties is tekenend voor de status van beide sporten in de stad.
Waar de ijshockeyclub zich dus mag rekenen tot de grootste van het land, kan FC Zug niet bogen op een al te interessante geschiedenis. Haar grootste claim to fame – zeker richting ons Nederlanders – is dat de grootheid Johan Neeskens hier in de herfst van zijn spelerscarrière neerstreek om vervolgens zelfs nog een keer terug te keren in de lente van zijn trainerscarrière. Sportief gezien speelde het laatste hoogtepunt zich af in 2016. De laatste 32 van de beker wordt gehaald en niemand minder dan Basel, de absolute topclub van het land die ook Europees vaak hoge ogen gooit, rolt uit de koker. Voor het oog van meer dan 4.000 supporters gaan de semiprofs met slechts 0-1 onderuit tegen de grootheid uit Basel. Om het toeschouwersaantal voor de oefenwedstrijd van vandaag tegen FC Dietikon te duiden mogen twee van bovenstaande nullen wel verdwijnen. Toch blijft het dankzij de schitterende hoofdtribune genieten langs de lijn.
De Kurve van FC Dietikon
Er is ook een groepje uitsupporters aanwezig. Zij laten gelijk bij binnenkomst van zich horen. Als een magneet trekken wij naar het fanatisme toe en gaan zo dicht als mogelijk bij dit groepje staan. Een nadere inspectie doet het vermoeden reizen dat de leden allemaal verstandelijk wat beperkter zijn, maar dat maakt eigenlijk helemaal niks uit. De mannen zijn eigenlijk de Kurve in het klein. Vriendschap, ouwehoeren, schreeuwen en je liefde laten zien voor jouw club. Ze hebben zelfgemaakte spandoeken mee en verzorgen verder visueel vermaak door middel van één zwaaivlag. Ze maken de hele wedstrijd lang geluid. Naarmate de wedstrijd vordert wordt de ruimte rondom hun stoeltjes steeds meer gevuld door geleegde halve liters in blik.
Hun aanwezigheid is niet voor niets, want de bezoekers weten een 1-0 achterstand om te draaien in een 2-1 overwinning. Dat zelfs in het Zwitserse semiprofessionele voetbal de kapsones al de overhand hebben wordt duidelijk wanneer na de wedstrijd het gros van de selectie het groepje meegereisde supporters nog geen blik waardig gunt. Slechts enkele spelers erkennen hun bestaan, terwijl er eentje de moeite neemt om de supporters even een handje te geven. Het geluk straalt van de tribune af en voor de uitsupporters is de avond gemaakt. Als we later op station zitten te wachten op onze trein terug naar Zürich staan ze op het perron tegenover ons, wachtend op hun vervoer terug naar huis. Ze zingen nog altijd liedjes over hun FC Dietikon. Deze mannen bezitten nog échte liefde voor hun club. Fantastisch!