Terwijl de Union-Bhoys hun gezangen laten weerklinken in tweede klasse, en Anderlecht tot vervelens toe weer de grote titelkandidaat is in eerste, vieren ook de discipelen van voormalig eersteklasser RWDM weer feest. Na een jarenlange kruisweg langs faillissementen, een clowneske voorzitter en mislukte wederopstandingen, lijkt het deze keer wél raak voor de Brusselaars.
Stille dood
De geschiedenis van het concept ‘RWDM’ hier neerpennen zou indruisen tegen zowat alles wat de docent Online Media me ooit leerde. Het kort en bondig houden – want anders lezen jullie toch niet verder, wist diezelfde lesgever me enkele jaren geleden te vertellen – is relatief onmogelijk. Supporter zijn van Racing White Daring Molenbeek, zoals de vereniging voluit door het leven gaat, moet geen pretje zijn geweest. Geboren uit een soep van Brusselse traditieclubs uit het begin van de vorige eeuw, werd meteen een toon van fusies en faillissementen gezet. Toen de flamboyante Brusselse zakenman Johan Vermeersch in 2002, net na het verdwijnen van de originele en in 1973 ontstane RWDM-formatie, KFC Strombeek naar het Edmond Machtensstadion haalde en de naam wijzigde FC Molenbeek Brussels Strombeek bleek de trouwe schare fans niet meteen warm te lopen voor het nieuwe project. De club, die later gewoon FC Brussels ging heten, promoveerde in zijn tamelijk korte levensloop naar eerste klasse, maar kon daar nooit overtuigen. De club stierf uiteindelijk een stille dood na wederom financiële perikelen.
Boskamp
Stamnummer 5479 behoorde tot voor kort toe aan het relatief onbekende Standaard Wetteren. De groen-gelen uit de regio van Gent vertoefden nooit hoger dan de tweede divisie en fusioneerden midden 2015 met stadsgenoot Racing Club Wetteren. Ondertussen zochten enkele oud RWDM-gedienden onder de noemer van het RWDM 47-project een stamnummer om hun overleden, doch nog steeds geliefde club weer nieuw leven in te blazen. Gezien Standaard Wetteren net weer naar vierde klasse was gedegradeerd, mocht RWDM, waar Johan Boskamp in de jaren ’70 trouwens nog een eerste divisie-titel vierde, meteen in bevordering starten. En de vroegere aanhang, die volgt het hernieuwde rood-wit-zwart meteen weer in groten getale.
Met een away support van zo’n 500 a 600 fans zien de reeksgenoten in vierde klasse B het verfriste gezicht van de Brusselse club graag komen. Terwijl voetbalminnend België den RWDM eigenlijk al vergeten was, bleek dat bij de vroegere gelovigen niet het geval. Toen bekend raakte dat een heropstanding op til was, lieten enkele honderden supporters hun stem horen tijdens een rumoerige gemeenteraad. De gemeente Molenbeek had immers de vroegere thuisbasis van RWDM, het Edmond Machtensstadion, verhuurd aan White Star Brussel, een zielloze vereniging zonder aanhang of traditie. Daar de supporters meenden recht te hebben op hun heilige grond, besloten ze talrijk op te dagen en de plaatselijke politiek onder druk te zetten. Met succes zo blijkt, want White Star moet vanaf oktober, en dit duidelijk tegen wil en dank, het stadion delen. In afwachting werkt RWDM zijn thuiswedstrijden onder ruime belangstelling af in het Waalborrepark in Asse.
Gegoochel met stamnummers, ik ben er doorgaans niet voor te vinden. Het is een nieuwe trend in België die ervoor zorgt dat kapitaalkrachtige clubs en/of investeerders zomaar eventjes een stamnummer van een hoger geklasseerde ploeg kunnen opkopen en zonder daarvoor sportief te moeten vechten enkele reeksen hoger gaan spelen. Gelukkig maken de fans van het herbronnen RWDM veel goed. Want dit is niet zomaar een projectje van een oliesjeik of Oost-Blokmiljardair. Dit is een aanhang die een club verdient, en dan nog liefst den RWDM in volle glorie.
[foto met dank aan RWDM74]