Column: ode aan het Nederlandse kutvoetbal
Waar clubs als Barcelona, Manchester City en Paris Saint Germain jaarlijks in de Champions League honderden miljoenen verdelen, wordt er in de Nederlandse Eerste Divisie bij wijze van spreken om een koe en een geit gespeeld. Barcelona wordt geambieerd om het tikkie-takka en het immense Camp Nou. Toch hoor je niemand over Telstar en haar Jomanda. Een ode aan de lelijke stadions, slecht voetbal en het amateurisme in het Nederlandse profvoetbal.
Wie na een week zwoegen en stress eindelijk eens tot rust wilt komen, raad ik aan om op een vrijdagavond rond een uurtje of twaalf op zoek te gaan naar de samenvattingen van de Eerste Divisie. Vaak te vinden op een zijkanaal van RTL of weggemoffeld op je decoder bij een betaalzender. Je moet er wat voor over hebben. Verwacht geen hoogstaand voetbal of volle tribunes. Nee, blunderende keepers, lege stadions en een hyperactieve Hans Kraay jr. als analist. Een combinatie waar mijn vrienden nee tegen zullen zeggen. Toch motiveer ik mezelf iedere vrijdagavond, soms met een drankje teveel op, om die samenvattingen te aanschouwen. Zie het als een soort therapie. Je weet namelijk dat er mensen zijn die het slechter hebben. Diegenen die naar Barcelona of Real Madrid zitten te kijken.
Go Ahead Eagles
Net als vele andere jongens ben ik opgegroeid met voetbal. In een rasechte Feyenoord familie kon ik niet uitblijven. Niet veel later raakte ik verknocht aan De Adelaarshorst. Vaak met mijn vader of opa op de vrijdagavond naar Kowet tegen pak ‘m beet Veendam of Haarlem. In de loop der jaren begon ik mij steeds meer een Eagle te voelen. Men zegt dat Feyenoorders het lijden hebben uitgevonden. Deze mensen zijn nog nooit in Deventer geweest. Misschien is dat juist hetgeen waar ik op ben gevallen. Het samen lijden, bij zowel Feyenoord als Go Ahead Eagles.
In 2013 wist GA Eagles na zeventien jaar eindelijk te promoveren naar, voor velen, het walhalla. De Eredivisie. Na twee seizoenen een safari langs onbekende stadions in de Eredivisie te hebben gemaakt, kreeg ik toch wel heimwee naar de vrijdagavond tegen Helmond Sport. De gezelligheid, sfeer en het slechte voetbal. Nee, ik streef niet het hoogste na. Liever op naar De Vliert dan een avondje theatervoetbal met een wijntje in de Johan Cruyff ArenA. De Eerste Divisie is puur. Zo puur dat Telstar er al 41 seizoenen alles aan doet om niet te promoveren.
Beloftenteams
De KNVB is enkele jaren geleden begonnen met het renoveren van de voetbalpiramide. Beloftenteams werden toegevoegd en mochten gerust de regels omzeilen. Uit oogpunt van talentontwikkeling werd deze luchtballon opgeblazen. Niet denkende aan de supporters. Doe je een Cambuurfan een plezier met een wedstrijd op het AFAS Trainingscomplex op de maandagavond? De directie van (jong) Ajax maakt het helemaal bond door een verplichte buscombi op te leggen voor de grote clubs. Voetbal is van de supporters was het gezegde toch?
Ik kan de KNVB wel gaan uitleggen wat er allemaal veranderd zou moeten worden. Maar dat weet men dondersgoed. Toch zijn zij bang dat supporters zich niet kunnen gedragen wanneer er een vrije combi zou zijn. Waar is dit op gebaseerd? Zo’n 80 kilometer van mijn woonplaats lopen de supporters gewoon door elkaar heen en drinken ze gerust een biertje met elkaar. Met mijn vriendengroep hebben wij de gewoonte om jaarlijks naar Alemannia Aachen te gaan. Over slecht voetbal gesproken.
Een club waar tien jaar geleden de directeuren ook euro’s in de ogen hadden. Een nieuw, veel te groot, stadion gebouwd wat uiteindelijk de malaise in zette. Van de UEFA Cup naar de Regionalliga in korte tijd. Toch heeft dit de club gemaakt waar ik gek op ben geworden. Terug naar de basis. Weg met de zogenaamde successupporters. Enkel die 7.000 man in een stadion van 32.000 plaatsjes. Vaak bezoeken wij de derby tegen Rot Weiss Essen. Een wedstrijd waar nog wel eens een verdwaalde Aachener op af wil komen. Haat en nijd op laagdrempelig niveau. Met stijgende verbazing keek ik de eerste keer mijn ogen uit hoe de supporters na afloop door elkaar heen liepen. Ik kon het niet geloven dat dit op 150 kilometer afstand van Deventer gewoon kon. Vergelijkbaar met de promotie van FC Emmen en Fortuna Sittard onlangs. Niemand wist dat dit mogelijk was.
Verdwaalde clubs in de hemel
De meeste mensen vragen zich wel eens af: wat moet deze club nou in de Eredivisie? Geen ziel, historie enzovoort. Dat heb ik met de Eerste Divisie. Wat doet Excelsior nou weer hier? Ook grote clubs lopen af te toe wel eens tegen de lamp. Denk maar aan Nottingham Forrest, Newcastle en HSV onlangs. In Nederland hebben we FC Twente. De grootste club van het oosten. Structureel wanbeleid werpt blijkbaar haar vruchten af. Wie wil er namelijk nou niet in de prachtige Eerste Divisie spelen? Ook zij zijn terug gegaan naar de basis. Supporters weer voor de club winnen en langzaam de weg langs Maastricht en Den Bosch omhoog zien te vinden. Al die Tukkers na afloop van het degradatieduel in Arnhem huilden van blijdschap. Kan ik me goed voorstellen!
Tuurlijk hoort FC Twente niet in de Eerste Divisie. Een club met volle tribunes wordt raar aangekeken. Een buitenbeentje. Misschien wek ik nu de indruk dat er daadwerkelijk niets goed is aan de Eredivisie. Maar natuurlijk wel. Bijzonder is om te volgen hoe clubs als Fortuna en FC Emmen na jaren in het dal van het profvoetbal een weg omhoog te hebben ingezet. Fortuna als mooiste voorbeeld. Jarenlang een lelijk eendje. Sittard stond op haar kop toen de ploeg hoger dan een 16e plaats eindigde in de Jupiler League. Na een jaar vol wonderen is de ploeg van Fernando Ricksen, Mark van Bommel en Kevin Hofland eindelijk terug.
Daar kan ik dus van genieten. Clubs met beleid en een duidelijk plan waar supporters zich mee kunnen associëren. Een club heeft al gauw een streepje voor als het op gras speelt. Dat gedoe met dat kunstgras. Hoevaak ik in mijn jeugd wel niet mijn been heb open gehaald met een sliding op dat neppe gras. Zoals een andere Kowet supporter Han Balk het mooi verwoordde: ”Twee lettergrepen en twee fouten: het is geen kunst en het is al helemaal geen gras.” Dit klopt als een bus. Geen enkel kind doe je er een plezier mee om in de winter een lekkere sliding te maken op kunstgras.
Hoe kan een proforganisatie er dan voor kiezen om het natuurgras er uit te gooien en te vervangen door dat spul? Vaak wordt er geredeneerd dat het is om de kosten te drukken. Fortuna heeft jarenlang tegen een faillissement aangezeten, toch is er nooit één plak van die zooi in het stadion gekomen. Afgelopen zomer heeft Almere City, met een algeheel budget van maximaal 3 miljoen, besloten om het kunstgras te vervangen door natuurgras. Als zij dat kunnen, waarom ADO, Excelsior en Heracles niet? Een andere redenatie die ik vaak voorbij zag komen was dat er met ieder weersomstandigheid gespeeld kon worden. Menigmaal is mijn wedstrijd afgelast geweest vanwege een bevroren kunstgras veld. Er mocht ook niet op getraind worden onder een bepaalde temperatuur. In de zomer is het veld vaak warmer dan de Sahara door die korrels. Dus die hele redenatie kan ook gewoon de kliko in. Gelukkig zijn er met N.E.C. en Twente afgelopen seizoen weer twee ploegen gedegradeerd met natuurgras. Zij zijn dus van harte welkom in onze schitterende Keuken Kampioen Divisie!
Miljoenengekte in het profvoetbal
Wat mij het meest stoort aan het mondiale voetbal zijn de enorme bedragen. Een gemiddelde voetballer op het hoogste landelijke voetbal, ook in Nederland, verdient meer dan een chirurg, brandweerman of een verzorger in een bejaardentehuis. We zijn doorgeslagen. Barcelona haalt een bankzitter voor 15 miljoen. Deze keeper keept acht trainingen in de week en kijkt in het weekend of de duizenden euro’s zijn bijgeschreven. Dit terwijl een gemiddelde chirurg overuren maakt om mensenlevens te redden. Hij moet het doen met een relatief karig salaris vanwege de Balkenende norm. De wereld is krom. De ene na de andere miljoenendeal wordt gesloten in het profvoetbal terwijl de dierenambulance aan het uitsterven is omdat men er geen geld voor over heeft en de subsidie terugneemt. Gelukkig is in Nederland de transfergekte nog niet helemaal overgewaaid. Hierdoor zie je hier en daar nog jongens uit je eigen stad of dorp. De binding is er gelukkig nog. Mede door onze goede jeugdopleidingen in Nederland kunnen wij nog genieten van een Guus Til, Nick Venema of Sepp van den Berg. FC Emmen is het mooiste voorbeeld. Niet met mislukte buitenlanders uit de Franse derde divisie komen aan zetten. Nee, Glenn Bijl uit Stadskanaal, Kasper Oldenburger uit Hoogezand en Kaziah Veendorp uit Sappemeer. Jonge gretige jongens uit de regio die koste wat het kost willen slagen in het profvoetbal. Deze jongens verdienen geen miljoenen bij FC Emmen. Maar is dat alles waar het voetbal omdraait? Er is meer in deze wereld dan dat vieze geld.
Ik begrijp ook wel dat een oliesjeik uit Saudi-Arabië niet geïnteresseerd is in het opkopen van een verzorgingstehuis. De ene na de andere dure bejaarde aankopen. Of met een vieze huurdeal de fair-play regel omzeilen. Nee, die kans acht ik redelijk klein. Maar waarom clubs niet verplichten om een bepaald bedrag per transfer naar een goed doel over te maken? Laten we klein beginnen. Tot die tijd zal het echte voetbal plaats blijven vinden in de kelder van het profvoetbal. De Eerste Divisie!