De verhitte strijd in de Brugse Stadsderby
Afgelopen zondag stond de Brugse Stadsderby op het programma: Cercle Brugge – Club Brugge. Bij zo’n wedstrijd denk ik meteen aan pyro, goals, kaarten, kousen met bagger eraan en verbaal geweld. En inderdaad, het werd zo’n derby.
Eerder dit seizoen won Club Brugge “thuis” van Cercle Brugge met maar liefst 4-0. Na die wedstrijd wilde Ruud Vormer iedereen graag laten weten dat het Jan Breydelstadion toebehoort aan Club Brugge door de vlag van Club op de middenstip te planten. Dit schoot iedereen die Cercle lief heeft natuurlijk in het verkeerde keelgat, aangezien het stadion door beide clubs wordt geëxploiteerd.
Met die gedachten stapten mijn reisgenoot en ik in de auto op de vroege zondagochtend. Twee uur en vele regenbuien later kwamen we aan in Brugge. We kwamen langzaam in een file terecht en in de verte waren een aantal verkeersregelaars druk in de weer. Toen we hen naderden, werden we verzocht om stil te staan. Een Nederlands kenteken, een auto uit Den Haag. De verkeersregelaar maakte meteen contact met de plaatselijke politie en dacht wellicht aan eerdere gebeurtenissen rondom de wedstrijd Club Brugge – Antwerp. ADO Den Haag supporters zorgden die dag volgens verschillende media voor onrust. Ik maakte de verkeersregelaar duidelijk dat we neutraal waren en we mochten dan ook snel verder. Tijdens het zoeken naar een parkeerplekje werden we toch onverwachts ingeklemd door twee motoragenten die ons een zijstraatje in leidden. Met vlekken in hun nek vroegen ze ons naar onze gegevens en tickets. Toen ze zagen dat wij tickets voor het vak van Cercle Brugge hadden, vertrokken ze met de staart tussen de benen. Toch was dit een signaal dat men op de hoogte is van de supportersvriendschap tussen ADO en Club.
Nadat we een parkeerplek hadden gevonden, liepen we naar het stadion toe. Ondanks dat mijn reisgenoot op krukken liep, waren we toch al snel vlakbij de ingangspoorten. Voor de poorten verzorgden twee jeugdige dj’s op een veld vol plassen de sfeer voor de Club Brugge fans. Heel de Zuidtribune was die dag vrijgesteld voor de Clubfans en na een flink aantal biertjes liepen zij naar de poorten, een half uurtje voor de aftrap. We liepen mee met de stoet, met hoge verwachtingen van de wedstrijd.
Toen we eenmaal in het stadion waren, liepen we direct door naar ons vak op de Noordtribune tussen de Cercle supporters. We zaten op de hoek van de tribune te wachten op het begin van de wedstrijd. De acht minuten die we moesten wachten, maakten we vol door om ons heen te kijken. Voor een stadion waar regelmatig Champions Leaguewedstrijden in worden gespeeld, is het gelukkig geen moderne bak. De regen speelde die dag natuurlijk ook een grote rol, door de tinten van het bouwwerk toch even wat grauwer te maken. De hoeken van het stadion gaven ons een Zuid-Amerikaanse indruk: hoog en steil. Terwijl we beseften dat we ogen tekort hadden, werd er afgeteld naar het begin van de wedstrijd. De spelers kwamen het veld op door een haag van vuurwerkfonteintjes. De Club supporters toonden hun portie pyro en ook de harde kern van Cercle Brugge bleven niet lang achter. Nadat twee fakkels die op het veld lagen, gedoofd waren en de rook in het stadion door de wind wegtrok, kon de wedstrijd echt beginnen!
Toen de wedstrijd enkele minuten jong was, merkten we dat niet alleen op de Noordtribune fanatieke Cercle fans aanwezig waren. De Westtribune aan de lange zijde kende ook veel luidruchtige fans. Zij waren ook nadrukkelijk te zien en te horen toen een goal van Club Brugge werd afgekeurd. Enkele minuten nadat zij cynisch naar de Club aanhang hadden gezwaaid, lag de bal er wel in voor Club door een prachtige hakgoal van de spits. Terwijl de Cercle aanhang deze goal even moest verwerken, werd er jacht gemaakt op de 0-2. Op het moment dat de sfeer er weer goed in zat, werd het onverwachts 1-1 door een eigen goal van oud-Eredivisiespeler Amrabat. De “thuissupporters” dachten opgelucht de rust in te gaan, maar Cercle kreeg vlak voor de rust toch een goal om de oren. Tijdens de rust zochten we net als vele fans even de droogte op. Opvallend was dat de 2e ring van Cercle Brugge op de Noord- en Oosttribune niet open waren gesteld, waardoor een groot gedeelte van het thuispubliek net als de spelers de strijd in de stromende regen moest ervaren.
De tweede helft kende een ander gezicht qua spelbeeld. Het weer bleef slecht. Terwijl de toeschouwers zagen hoe Cercle zich terug probeerde te knokken, werden de bekertjes bier aangevuld met regenwater. Onderhand hadden we een andere plek uitgekozen, dichterbij de harde kern van Cercle. Uiteindelijk werd alles op de Noordtribune leeggegoten, aangezien de spits van Cercle de gelijkmaker binnenschoof. Een half uur na de 2-2 floot de scheidsrechter (die nog een rode kaart moest uitdelen) af. Dit tot grote opluchting bij de Cercle-aanhang. Het puntje voelde als een overwinning. Iedereen vergat de hoosbuien, iedereen vergat de vorige confrontatie van maanden geleden. Alhoewel, de spits van Cercle was de vorige confrontatie zéker nog niet vergeten.
De doelpuntenmaker pakte na het laatste fluitsignaal de vlag van Cercle Brugge, nam die mee richting de middenlijn en plantte deze op de middenstip. Dit leidde tot veel woede bij de Club-spelers die de vlag er onmiddellijk uittrokken. Een felle opstoot volgde, waarbij stafleden van beide ploegen zich niet onbetuigd lieten. Het handgemeen werd versterkt door het verbale geweld in het stadion. Toen de kalmte enigszins terugkeerde, vierden de spelers van Cercle het punt met hun aanhang. Cardona zei later in de media dat het niet provocerend bedoeld was, maar dat hij de mensen wilde laten zien wie er “thuis” speelde. Maar iedereen weet dat dit een steek is richting de zwart-blauwe formatie. Een steek die past bij de derby, net als de goals, duels, kaarten, pyro, felheid en het gezang. Na de wedstrijd bleef het rustig rondom het stadion. Iedereen besefte dat ze getuigen zijn geweest van een bijzondere wedstrijd in België, de Brugse Stadsderby.